Uitleg & opgaven

Inleiding


In de derde paragraaf gaat het over het berekenen van een gemiddelde snelheid.
Bij het berekenen van de gemiddelde snelheid kun je ook prima gebruik maken van een verhoudingstabel.

 

Ook leer je in deze paragraaf iets over grootheden en eenheden. Want voor het berekenen van snelheid heb je de afstand en de tijd nodig. Afstand en tijd zijn voorbeelden van grootheden.

Uitleg

De snelheid geeft weer hoe snel een voorwerp zich verplaatst. Of anders gezegd, welke afstand in een bepaalde tijd wordt afgelegd. Bij het berekenen van snelheid gebruik je dus twee grootheden: Tijd en afstand. Je kunt snelheid meten in verschillende eenheden: m/s of km/u

De snelheid is daarom een samengestelde grootheid.

 

Een aantal voorbeelden van grootheden en hun bijbehorende eenheden zie je hier onder.
Neem ze goed door en leer ze uit het hoofd.

Grootheid   Eenheid

 

Een grootheid is iets dat je kunt meten.

  Een eenheid is de maat waarin je meet.
Voorbeeld:   Voorbeeld:

Gewicht

Kilogram of gram.

Tijd

Uren, minuten, dagen, maanden, etmaal, millenium, decenium

Afstand

 

meter, centimeter, kilometer, millimeter

Snelheid

Meter per seconde (m/s), km/u, Lichtjaar

Temperatuur

Graden Celsius (oC), Fahrenheit (oF)

Elektriciteit

Watt, Volt, Ampére

 

 

...1.   Grootheid en Eenheid
  1. Schrijf de definitie (omschrijving) van het begrip grootheid op.
  2. Noteer op je ruitjespapier twee grootheden.
  3. Schrijf de definitie (omschrijving) van het begrip eenheid op:
  4. Noteer op je ruitjespapier twee voorbeelden van eenheden.

 

...2.   Grootheid en Eenheid
  1. Bij welke grootheid horen de volgende eenheden: vierkante meter, vierkante kilometer, mm2
  2. Noteer twee eenheden van gewicht.
  3. Noteer twee eenheden van tijd.
  4. Bij welke grootheid horen de volgende eenheden: m/s en kilometer per uur (km/u)

 

...3.

Hoe 'hard' ga je?

Bekijk onderstaande afbeelding op je werkblad en verbind de activiteit aan de bijbehorende snelheid


 

 

Snelheid, afstand en tijd

Als een auto in één uur tijd een afstand van 80 km rijdt, dan is de snelheid 80 kilometer per uur.

Je maakt hier gebruik van de grootheid tijd (één uur) en de grootheid afstand (80 km)
Omdat de snelheid tijdens de autorit niet constant zal zijn, wordt de gemiddelde snelheid bedoeld. De afgelegde weg hangt van de snelheid en van de tijd af.


Berekenen van de snelheid

Voorbeeld 1.
Een auto rijdt 72 km per uur.  Hoeveel meter per seconde is dat.

  • Zet de twee grootheden die horen bij het berekenen van snelheid in een tabel
  • Tijd   ...   ...   ...
    Afstand.   ...   ...   ...

     

  • Zet je gegevens er in (handig, zet ze vast in de gevraagd eenheden!)
  • Tijd in sec   3600   ...   ...
    Afstand in m   72000   ...   ...

 

  • Bedenk handige tussenstappen.
  • Tijd in sec   3600    100     1
    Afstand in m   72000     ...     ...

 

  • Reken uit.
  • Tijd in sec   3600   100   1
    Afstand in m   72000   2000   20

 

  • Beantwoord de vraag.
  • De auto rijdt dus 20 m/s  (meter per seconde)

 

...4.   Hardlopen

Gerelateerde afbeeldingOrlando wil graag fit blijven, daarom gaat Orlando vaak een stukje hardlopen in het park.
Orlando loopt met een gemiddelde snelheid van 11 km/u.

 

  1. 11 km/u, hoeveel meter per seconde (m/s) is dat?
  2. Het eerste stuk van zijn hardlooptocht is een rechtstuk van 200 meter. Hoeveel seconde doet Orlando over dit stuk?
  3. Het totale hardlooprondje van Orlando is 4,8 km. Hoeveel minuten en seconden doet Orlando over zijn hardlooprondje? Rond je antwoord af op hele seconden.

 

...5.   Een rondje fietsen.

Rick is 12 minuten geleden met de fiets van huis gegaan.
Op zijn kilometertellertje ziet hij dat hij inmiddels 4 km heeft afgelegd.

Bereken de gemiddelde snelheid waarmee Rick fietst.

 

Weet je het nog?  Voorbeeld 2

Een fietser fietst 9 kilometer in 30 minuten. Wat is dan de snelheid per minuut?

  • Zet de twee grootheden die horen bij het berekenen van snelheid in een tabel
  • Vul je gegevens in die je weet.
  • Bedenk handige tussenstappen.
  • Reken uit, check aan het eind of je antwoord geeft in de juiste eenheid.

 

tijd (min) 30    3    1
afstand (km)   9   0,9   0,3 = 300 meter

 

Handig om te onthouden:

1 km = 1000 m .

1 m = 100 cm.

1 uur = 60 minuten

1 minuut = 60 seconden

1 uur is dus  60 x 60 = 3600 seconden.

 

 

 

...6.   100 meter sprint

Sneller dan Usain Bolt heeft geen mens ooit gelopen | De VolkskrantOp 16 augustus 2009 liep Usain Bolt het wereldrecord op de 100m sprint.

Hij liep deze 100 meter in 9,58 seconden. bereken zijn snelheid in m/s. (meter per seconde) rond je antwoord af op 1 decimaal.

 

Bereken daarna zijn snelheid in km/u (kilometer per uur) rond je antwoord af op 1 decimaal.

 

...7.   Fietsen naar huis

Jasmijn fietst elke dag van huis naar school en terug. De afstand van huis naar school is 4,6km. Ze doet hier precies 22 minuten over. Bereken de gemiddelde snelheid van Jasmijn in km/u, rond je antwoord af op 1 decimaal.

Maak gebruik van een tabel om dit uit te rekenen.

 

 

...8.   Context opgaven

Bereken. Teken bij iedere opgave zelf de tabel op je ruitjespapier.

  1. Lina trekt haar wandelschoenen uit. Ze heeft net een tocht van 11,4 km gewandeld.  Lina heeft in totaal met pauze 3 uur en 21 minuten over deze wandeltocht gegaan. Bereken de gemiddelde snelheid van Lina in km/u, rond je antwoord af op 1 decimaal.

 

  1. Shane kwam gister bijna te laat op school. Hij fietste de longen uit het lijf om op tijd te komen. Hij vertrok om 07:48 uur naar school. Precies om 08:00 kwam hij aan op school. Hij moest 4,7 km fietsen. Wat is zijn gemiddelde snelheid in kilometer per uur, rond je antwoord af op 1 decimaal.

 

  1. Als je met het vliegtuig naar Ankara vliegt doe je er 3 uur en 12 minunten over met het vliegtuig. De afstand die je dan aflegt is 3615,9km. Een auto rijdt gemiddeld 100 km/u. Hoeveel uur sneller ben je als je met het vliegtuig gaat in plaats van met de auto, rond je antwoord af op 1 decimaal.

 

 

Een stapje sneller.

Wanneer je snelheid moet omrekenen van meters per seconde (m/s)  naar kilometers per uut (km/u) dan kun je gebruik maken van een schemaatje. Dat schema zie je hieronder.

 

 

...9.   Snelheden omrekenen.

Reken de volgende snelheiden om: rond je antwoord af op 1 decimaal.

  1.    15 km/u = .... m/s
  2.     3,5 m/s = ... km/u
  3.    15 km/u = .... m/s
  4.    Een slak legt in 1 seconde 30 cm af, hoeveel kilometer per uur is dat?
  5.    Een vliegtuig vliegt 780 kilometer per uur, hoeveel meter per seconde is dat?

     

    ...10. Tijd, afstand, snelheid.

    Vul de ontbrekende gegevens in de tabel op je werkblad in. Let op rond indien nodig af op 3 decimalen (3 getallen achter de komma)

      km/u

      afstand

        tijd

       M/s

      ...

    35 km

      20 min.

    29,167 m/s

    96 km/u

      ...

      15 min.

      ... m/s

      ...

      ...

      12 min.

       5  m/s

    75 km/u

    15 km

      ...

    ... m/s

    25 km/u

      ...

      50 min.

      ... m/s

     

    rond je antwoord af op 1 decimaal.