De onregelmatige werkwoorden verschillen van de regelmatige werkwoorden. Er is een hele lange lijst met onregelmatige werkwoorden. Er is geen bepaalde regel voor deze werkwoorden. Je moet ze uit je hoofd leren.
Dit zijn de belangrijkste onregelmatige werkwoorden die je voor vandaag moet weten.
No. Verb Past Simple Nederlands
1 to be were/was zijn
2 to have had hebben
3 to do did doen
4 to say said zeggen
5 to go went gaan
6 to get got krijgen
7 to make made maken
8 to know knew weten
9 to think thought denken
10 to take took nemen
11 to see saw zien
12 to come came komen
13 to find found vinden
14 to give gave geven
15 to tell told vertellen
16 to feel felt voelen
17 to become became (iets) worden
18 to leave left (ver)laten
19 to put put zetten/plaatsen
20 to mean meant bedoelen
21 to keep kept houden/bewaren
22 to let let laten/toestaan
23 to begin began beginnen
24 to show showed laten zien
25 to hear heard horen
En zo zijn er nog veel meer, maar voor vandaag hoef je alleen deze te weten en volgende week krijg je er weer 25 nieuwe werkwoorden bij. Je hoeft ze nu niet uit je hoofd te gaan leren, want deze zijn de makkelijkste onregelmatige werkwoorden en die heb je (hopelijk) al geautomatiseerd!