Chromosomenparen

Elk organisme heeft een vast aantal chromosomen in de celkern. Dit aantal is altijd een even getal. Waarom dit zo is, leer je in het Thema Voortplanting.

Zo hebben mensen 46 chromosomen in elke lichaamscel (met uitzondering van rode bloedcellen en geslachtscellen).

Chromosomen hebben verschillende groottes en bandenpatronen.

Als je alle chromosomen van een mens (zie afbeelding hierboven) van groot naar klein gaat sorteren, dus als je een chromosomenportret (zie afbeelding hieronder) gaat maken, kom je tot de ontdekking dat er steeds twee chromosomen met dezelfde grootte en hetzelfde bandenpatroon zijn.

Beide chromosomen van een chromosomenpaar bevatten informatie voor dezelfde erfelijke eigenschappen.

Het ene chromosoom van een chromosomenpaar is afkomstig van je moeder en het andere van je vader.