Welke boeken je graag leest, is niet alleen een kwestie van smaak, maar ook een kwestie van leeservaring. Hoe meer je leest, hoe meer eisen je aan een boek stelt. Je smaak ontwikkelt zich dus. Om uit te leggen wat jouw smaak is, kun je bijvoorbeeld iets zeggen over het genre of het onderwerp, de realiteit of fantasie, over spanning, over de tijd waarin en de ruimte waar het verhaal zich afspeelt, de personages en of het verhaal in de ik-vorm of in de hij/ zij-vorm is geschreven. Door middel van een voorbeeld uit het boek kun je je smaak verduidelijken. Wat jij van een verhaal vindt, is persoonlijk, want iedereen kan een andere mening over hetzelfde boek hebben.
Of je een boek wel of niet leuk vindt, hangt soms af van de manier waarop het geschreven is. De manier waarop een boek geschreven is, noem je de stijl. Als je iets wilt zeggen over de stijl van een schrijver, let je op:
– zinslengte: gebruikt de schrijver vooral korte of vooral lange zinnen?
– het gebruik van bijvoeglijke naamwoorden
– het gebruikmaken van beschrijvingen
– het gebruik van de directe rede (dialogen)
– het taalgebruik: is het heel modern met veel spreektaal of juist een beetje ouderwets?
– stijlmiddelen, zoals: overdrijving, eufemismen en herhaling
Als je een boek wilt beoordelen, is het de bedoeling dat je je mening geeft en deze met argumenten ondersteunt. Als argumenten gebruik je voorbeelden uit het boek. Je kunt een boek op veel aspecten beoordelen, zoals het onderwerp, de gebeurtenissen, de personen, de opbouw en het taalgebruik. Bij elk aspect kun je beoordelingswoorden gebruiken. Formuleer je beoordeling zó dat iemand die het boek niet gelezen heeft direct denkt: ja, dat is iets voor mij, of: nee, daar begin ik niet aan. Een beoordeling is altijd subjectief: de ene lezer houdt bijvoorbeeld meer van realistische verhalen, terwijl de ander liever sciencefiction leest. Overzicht van beoordelingswoorden (natuurlijk mag je ook tegengestelde woorden of heel andere woorden gebruiken):
| onderwerp/gebeurtenissen |
grappig herkenbaar interessant langdradig leerzaam |
ontroerend origineel realistisch spannend voorspelbaar
|
| personen |
geloofwaardig herkenbaar ik-perspectief |
hij/zij-perspectief realistisch verrassend |
| opbouw |
chronologisch direct meeslepend ingewikkeld |
open einde veel hoofdstukken verwarrend |
| taalgebruik |
beschrijvend kinderachtig met emotie |
moeilijk origineel veel dialoog |