Zaadverspreiding is wanneer een plant zich voortplant - er onstaat dus een nieuw plantje. Helaas kunnen planten niet bewegen zoals wij mensen, maar hebben wel genoeg ruimte nodig om te kunnen ontwikkelen.
Zo kan een appelboom niet recht naast een appelboom groeien.
Hiervoor hebben planten allemaal verschillenden manieren van zaadverspreiding ontwikkelt.
Verspreiding via water:
De zaden/vruchten van de plant vallen in het water en worden met de stroming meegenomen. Denk bijvoorbeeld aan kokosnoten!
Verspreiding via wind:
De zaadjes zijn heel klein, de bloemen zijn vaak pluising. Dit wordt makkelijk mee genomen door de wind en valt dan ergens anders weer op de grond
Verspreiding via Katapult/Explosie:
Sommige planten kunnen zelf hun zaadjes verspreiden door het slingeren van de vruchten en hun zaadjes af te vuren zoals bij een katapult. Andere vruchten 'exploderen' en laten in één keer alle zaadjes vallen
Verspreiding via kleven:
Sommige zaadjes hebben speciale 'haakjes' die aan de huid van dieren of aan onze schoenzolen kunnen blijven plakken. Deze laten we dan ergens anders dan weer achter.
Verspreiding door dieren:
Dieren kunnen de zaadjes eten of op andere manieren verspreiden. Vogels eten bijvoorbeeld besjes en poepen later de zaadjes weer uit. Eekhoorns verstoppen voor de winter overal eikels en andere nootjes om te eten, maar vergeten ze soms op te eten. Hierdoor kan er een nieuwe eikenboom gaan groeien.