Organen, weefsels en cellen

Een levend wezen wordt een organisme genoemd. Een leeuw, een paddestoel of een plant. Dit zijn allemaal voorbeelden van organismen.

Een organisme is opgebouwd uit orgaanstelsels. Een orgaanstelsel is een groep van  samenwerkende organen die samen een functie uitvoeren. In ons lichaam zitten 11 verschillende orgaanstelsel. Je moet 6 orgaanstelsels kennen. Het ademhalingstelsel, het beenderstelsel, het bloedvatenstelsel, het spierstelsel, het verteringstelsel en het zenuwstelsel. Het ademhalingstelsel bijvoorbeeld, hier werken de longen, de luchtpijp en de bronchien samen. De functie van de ademhalingstelsel is het opnemen van zuurstof en het afgeven van koolstofdioxide.

Een orgaanstelsel is opgebouwd uit organen. Een orgaan is een deel van een organisme met een specifieke bouw en functie. De hersenen, het oog, het hart en de nier zijn voorbeelden van organen.

Een orgaan is weer opgebouwd uit verschillende weefsels. Een weefsel is een groep cellen met dezelfde vorm en functie.

Een weefsel is weer opgebouwd uit cellen. Cellen zijn bouwstenen van je lichaam. Deze kan je alleen bekijken met een microscoop.

 

Organismen

 

Orgaanstelsels

 

Organen


Weefsels

 

Cellen

Orgaandonatie 

Veel mensen zijn ziek doordat een orgaan niet goed werkt. Een orgaandonatie kan dan soms iemands leven redden. 

Bij een orgaandonatie krijgt een patient een orgaan van iemand anders. Meestal is dat een orgaan  van iemand die is overleden en zich als donor heeft laten registreren. 

 

Wat is orgaandonatie? https://www.youtube.com/watch?v=0koldO-k8ao