Soms wil je van iets heel precies weten wat de waarde of de lengte of het gewicht is. Van een klompje goud wil je exact weten hoeveel het weegt, want de prijs per gram goud is best hoog. Dus het gewicht is dan bijvoorbeeld 24,12 gram. Of denk eens aan een formule1-race, waarbij de racers zo hard rijden dat er zelfs een aantal decimalen na een seconde wordt geklokt.
Soms wil je juist met mooi afgeronde getallen werken. Bijvoorbeeld als je voor het aanleggen van een tuinterras tegels nodig hebt. Je komt dan na het opmeten uit op 23,25 tegels. Je zult dan naar boven moeten afronden naar 24. Want het tuincentrum verkoopt natuurlijk alleen maar hele tegels.
Het aantal decimalen waarop iets wordt afgerond hangt dus sterk
af van hoe het wordt toegepast of hoe je het wilt weergeven.
In deze wikiwijs gaan we verder met hoe je nu precies getallen moet afronden.