Voedingsvezels kunnen niet door de dunne darm worden verteerd. Voedingsvezels zijn alle voor het menselijke lichaam onverteerbare polysachariden. Dit zijn alle voedingsvezels:
- cellulose
- hemicellulose
- pectine
- chitine
- lignine
- gommen
- inuline
- beta-glucanen
- oligosacchariden
- polydextrose
Er zijn twee soorten voedingsvezels. Voedingsvezels die oplosbaar zijn in water (pectine, inuline en guargom), en voedingsvezels die niet in water oplosbaar zijn (cellulose, hemicellulose (de meeste vormen) en lignine). De oplosbare voedingsvezels heten ook wel fermenteerbare vezels en kunnen in de dikke darm door bacterien worden afgebroken. Cellulose is het meest voorkomende organische bestanddeel. Hemicellulose en pectine vormen als het ware het geleiachtige cement van de plant. Lignine is een houtstof en is eigenlijk geen polysacharide, maar hoort wel bij de voedingsvezels.