Stap 2: Onderzoeksopzet maken

Meten is bij bèta-onderzoeken heel belangrijk: we proberen zo veel mogelijk dingen uit te drukken in getallen (lengtes, oppervlaktes, tijd, snelheden). Vaak proberen we te zoeken naar verbanden, bijvoorbeeld: als je harderremt, sta je snellerstil. Als je straks je onderzoeksopzet gaat maken, bedenk dan goed wat je gaat meten en wat je daarvoor nodig hebt.

Je onderzoek leg je vast in een verslag. Dat is belangrijk omdat een experiment herhaalbaar moet zijn: iemand anders moet jouw onderzoek kunnen uitvoeren en dan zouden de uitkomsten hetzelfde moeten zijn.

Je gaat straks zelf een onderzoekje uitvoeren over vallende bladeren. Om een goed experiment op te kunnen zetten, zul je eerst op zoek moeten gaan naar geschikte variabelen. Wat bepaalt nu eigenlijk hoe snel een blad valt?

Opdracht B4
Welke eigenschappen van een blad zouden van invloed kunnen zijn op de valsnelheid? Schrijf vijf eigenschappen op. Geef ook aan of je denkt dat deze eigenschap ervoor zorgt dat het blad harder of minder hard valt.

Opdracht B5

Leg goed uit waarom je bij een onderzoek dat je uitvoert altijd maar één van deze eigenschappen moet veranderen en niet meerdere.

Opdracht B6

Kies één van de bij B4 gegeven eigenschappen uit en bedenk een onderzoeksopzet om te kijken wat de invloed van deze eigenschap is op de valsnelheid van een blad. Motiveer waarom je deze eigenschap gekozen hebt.

Opdracht B7