Opdracht 'Bijzondere eigenschappen'

In deze opdracht is het de bedoeling dat je water gaat vergelijken met drie andere stoffen.

► Je kan hierbij kiezen uit de stoffen (kies er één van elke soort):

    (óf kies zelf van elke soort één stof)

► Vergelijk deze stoffen door voor water én elke gekozen stof ​de waarden op te zoeken van de vijf dikgedrukte stofeigenschappen die je bij de routeplanner hebt gezien en deze overzichtelijk in een tabel te zetten.

► Zet bij elke stof als laatste kolom ook de fase(n) waarin je deze stof op aarde / in de natuur tegen kan komen

► Gebruik nu de gegevens in je tabel om de volgende vragen te beantwoorden; zet de antwoorden onder je tabel.

  1. Wat valt je op als je kijkt naar de fasen waarin je de verschillende stoffen in de natuur kan tegenkomen.
  2. Kijk ‘ns naar de dichtheden van de stoffen; deze zijn gegeven voor de fase van de stof bij ongeveer 21 ºC. Voor bijna alle stoffen geldt dat de dichtheid van de vaste fase hoger is dan die van de vloeistoffase. Zoek nu zelf de dichtheid van ijs op en leg uit waarom water (ook) voor de stofeigenschap dichtheid bijzonder is.

 

Als 'blog' zet je alle antwoorden/resultaten van bovenstaande vragen in één Pages-document en slaat deze als .pdf op in Seesaw