Reactievergelijkingen kloppend maken
In de vorige les hebben we geleerd wat molecuulformules zijn en hoe je aan de hand van een molecuulformule weet welke atoomsoorten en hoeveel atomen er per soort in het molecuul zitten.
Ook hebben we al even gekeken wat chemische reactie precies zijn en dat chemische reacties altijd voldoen aan de wet van massabehoud. Kort gezegd: bij een chemische reactie veranderen de stoffen die reageren tot nieuwe stoffen. Dit komt omdat de moleculen uit elkaar worden gehaald en in nieuwe combinaties aan elkaar worden geplakt. Hierbij kunnen er nooit bouwstenen (atomen) verdwijnen of verschijnen. Alle atomen die je aan het begin van de reactie had, heb je na de reactie nog steeds. Alleen zitten die dus in een ander groepje. Dit behoud van atomen noemen we de wet van massabehoud.
In deze les ga je zelf leren om reactievergelijkingen kloppend te maken. Je moet ervoor zorgen dat voor de pijl van iedere atoomsoort er net zo veel staan als achter de pijl.
Bij opdracht 2 van vorige week heb je de volgende reactievergelijking bekeken:
H2 + O2 -> H2O
Als je het goed hebt gedaan, ben je tot de conclusie gekomen dat deze reactievergelijking niet voldoet aan de wet van massabehoud: hij is niet kloppend. Voor de pijl staan namelijk 2 O-atomen, terwijl er na de pijl maar 1 O-atoom staat.
-> Begrijp je dat niet? Vraag dan nu eerst uitleg aan je expert of klasgenoot!
Je kan de reactievergelijking kloppend maken door de coëfficiënt, het getal dat voor het molecuul staat, aan te passen.
H2 + O2 -> H2O
H 2 + 0 = 2 Klopt
O 0 + 2 = 1 Klopt niet!
Om ervoor te zorgen dat ik ook na de pijl 2 zuurstof-atomen krijg, moet ik de 1 met 2 vermenigvuldigen: 1x2=2. Ik kan 2x zoveel zuurstof-atomen krijgen door de coëfficient 2 te maken. Maar let op, ik heb dan 2 moleculen H2O, dus ook 2x zoveel waterstofatomen.
H2 + O2 -> 2 H2O
H 2 + 0 = 2x 2 Klopt niet!
O 0 + 2 = 2x 1 Klopt!
Nu kloppen de zuurstofatomen, maar de waterstofatomen nog niet. Na de pijl heb ik 4 waterstofatomen, voor de pijl heb ik 2 waterstofatomen. Om voor de pijl ook 4 waterstofatomen te krijgen, moet ik voor H2 ook de coëfficient aanpassen naar 2:
2 H2 + O2 -> 2 H2O
H 2 x 2 + 0 = 2x 2 Klopt!
O 0 + 2 = 2x 1 Klopt!
Nu is de reactievergelijking kloppend!
Regels en tips
Bij het kloppend maken moet je op een aantal dingen letten:
Het doel is steeds om voor de pijl evenveel atomen van iedere atoomsoort te krijgen als na de pijl.
Je mag alleen coëfficiënten aanpassen om kloppend te maken, nooit de index!
Halve atomen????
Je mag geen halven (0,5 ; 1,5 ; etc) gebruiken als co”efficient. Er bestaan namelijk geen halve atomen.
Kom je toch op een halve? Vermenigvuldig dan ALLE coëfficiënten met 2.
2 & 3???
Heb je een atoomsoort die voor de pijl 2x voorkomt en na de pijl 3x (of andersom)? Vul dan bij het molecuul met de index (kleine cijfertje) 2 de coefficient 3 in, en bij het molecuul met de index 3 de coëfficiënt 2 in. Zo krijg je aan beide kanten 6 atomen van die bepaalde atoomsoort. Controleer natuurlijk wel of de rest van de vergelijking ook klopt.
Haakjes
Soms komen er haakjes voor in een molecuulformule. Die werken net als bij wiskunde: de index achter de haakjes geldt voor alle atoomsoorten binnen de haakjes.
Bijvoorbeeld: Fe(OH)3 is hetzelfde als FeO3H3.
Zo klein mogelijk
Controleer als je klaar bent of de coëfficiënten allemaal zo klein mogelijk zijn. Heb je allemaal even getallen? Dan kun je waarschijnlijk nog alle coëfficiënten delen door 2.
Nog een voorbeeld:
Br2 + Fe -> FeBr3
Br 2 = 3 Klopt niet, 2 & 3!
Fe 1 =. 1
3 Br2 + Fe -> 2 FeBr3
Br 3 x 2 = 2 x 3 Klopt!
Fe 1 = 2 x 1 Klopt niet…
3 Br2 + 2 Fe -> 2 FeBr3
Br 3 x 2 = 2 x 3 Klopt!
Fe 2 x 1 = 2 x 1 Klopt!
Dit kloppend maken is iets wat je zelf veel moet oefenen. Ga daarom aan de slag met de opgaven. Vind je het lastig? Maak dan eerst de opgaven van MAVO en/of HAVO.