Oefen nu eerst met de volgende opdrachten:
Geef de symbolen van onderstaande stoffen. Kijk hiervoor in het periodiek systeem via deze website: https://periodieksysteem.com/.
Fluor
Nikkel
Waterstof
Chloor
Koper
Geef de namen die bij de symbolen horen. Kijk hiervoor in het periodiek systeem via deze website: https://periodieksysteem.com/
Hg
He
O
N
Fe
2. Geef aan uit welke atomen en hoeveel atomen van iedere atoomsoort het molecuul is opgebouwd.
H2O
CO2
C6H12O6
O2
CH4
NH3
3. Geef de molecuulformule van onderstaande stoffen:
a.
b.
(methanol)
c. Stikstoftrioxide, waarvan een molecuul dat bestaat uit 1 stikstofatoom en 3 zuurstofatomen.
d. Zwaverzuur, wat bestaat uit 4 atomen zuurstof, 1 atoom zwavel en 2 atomen waterstof.
(e) Optioneel voor extra uitdaging:
Op ieder hoekpunt zit een koolstofatoom (zie bolletjesmodel hieronder)
.