Boek 3 - havo 4

Paulina Miszewska

5-1-2020

Klas H4C

Brief van de uitgever Nederlands: Farao van de Vliet.

Geachte heer Abdolah,

 

Het is mij de groot genoegen geweest uw boek te mogen lezen. Ik heb er al honderden verschillende gelezen, maar die van u sprak me echt heel erg aan. Voordat ik mijn oordeel ga geven, nog even iets. Het is een heel mooi boek, maar een paar dingen zijn mij opgevallen en die wil ik u even in deze brief duidelijk maken. Nu mijn oordeel:

 

Het boek is origineel. Dat is iets waar ik zeker mee wou gaan beginnen. Het is een boekengenre die je niet vaak ziet. Een prachtig verhaal van vriendschap tussen een normale man en een oud Egyptoloog. Ik snapte alleen een beetje niet wie nou de hoofdrol was in het verhaal. Op het begin dacht ik dat het Herman Raven was, maar na zijn overleiden nam Abdolkarim Ghasem de rol over. Geen probleem vond ik het aangezien in allebei de mannen mij aanspraken, maar wel een beetje apart omdat je op de achterkant kan opmaken dat eigenlijk Herman de hoofdrol moet zijn, en alles om hem draait. In principe is het totaal geen probleem, maar het is me gewoon opgevallen. Verder keurig geschreven, alleen erg langdradig. Stukjes over het verleden van ‘buiten’ personages zoals de dochter van Herman etc. die niks met het boek te maken hadden, en het verhaal nutteloos langer maakten. Zonder al die verhalen van iedereen zou het boek zeker dertig bladzijdes korter kunnen. Als laatst even iets waar ik mee begon, en ook mee wil sluiten dus de originaliteit. Ik vond het echt een prachtig verhaal met een erg bijzonder einde, de dood van Abdolkarim Ghasem. Ik weet niet hoe u erop bent gekomen, maar ik moet zeker zeggen dat het einde ontzettend goed is gelukt, aangezien het geen normale dood was, maar een spontane. Ik moet er wel bij zeggen dat ik niet perse blij was met de dood. Wel origineel, maar ik werd er zeker niet blijer mee.

 

Ik denk dat u na het lezen van mijn oordeel al wist dat dit ging gebeuren, maar ik kan uw boek nóg niet uitgeven. Ik wil u even drie elementen aangeven waarvan ik vind dat die aangepast moeten worden, en waarom dat is. Ik hoop dat u deze kritiekloos overneemt, en er goed bij gaat nadenken:

 

1. Deze zag u waarschijnlijk al aankomen: de nutteloze stukjes over het verleden van iedereen. Meneer Abdolah, neem me niet kwalijk maar die stukjes passen er niet bij. Ik heb het niet over alle stukjes, maar vooral over die van Merie, Djamal, Marijke en Marcel. Dat zijn personages die weinig invloed op het verhaal hebben, en waar we niks van hoeven te weten. De stukjes over het verleden van Herman Raven en  Abdolkarim Ghasem daarentegen laten hun vriendschap zien, en veranderen het verhaallijn even naar iets anders. Ik zou nog een keer kijken of u echt alle stukjes erin wilt hebben.

2. Ik snapte het overleiden van Herman Raven en van Abdolkarim Ghasem alleen ik denk niet dat de meeste mensen die uw boek zouden lezen daar ook zo over zouden denken. Ik zou u misschien aanraden het einde te veranderen. Daarmee bedoel ik de dood van meneer Ghasem te voorkomen. Ik zei wel dat het een origineel einde was die mij aansprak, maar het maakt het verhaal erg teleurstellend.

3. En als laatste, de achterkantbeschrijving veranderen. Misschien klinkt dit raar, maar zoals ik op het begin van mijn oordeel zei, het lijkt net alsof Herman Raven de hoofdpersonage is. Het maakt het verhaal erg verwarrend, en als ik u was zou ik nog even goed naar de achterkant van het boek kijken.

 

Nu even mijn advies hoe ik alles zou gaan veranderen, zodat ik uw boek vol trots kan gaan uitgeven:

 

1. Alle stukjes van de ‘buiten’ personages, waarmee ik Merie, Djamal, Marijke en Marcel bedoel weghalen. De stukjes van Herman Raven en Abdolkarim Ghasem mogen gerust blijven.

2. Als ik u was, zou ik het einde nog steeds origineel houden, bijvoorbeeld zo veranderen dat Abdolkarim Ghasem de goden zag, maar niet in de Nijl viel en overleed. Dan blijft het en origineel, en niet teleurstellend. Dus Abdolkarim Ghasem niet doden, want dat maakt het verhaal niet beter.

3. De achterkant van het boek zo veranderen, zodat de lezer gaat denken dat Abdolkarim Ghasem de hoofdrol is, en niet Herman Raven. Als ik u was zou ik dat doen door het begin stukje te laten, maar het stukje over wat Abdolkarim Ghasem in het verhaal doet langer maken, en niks meer over Herman Raven zeggen. Dan denkt de lezer eerder Abdolkarim meer in het verhaal te betekenen heeft dan Herman Raven.

 

Ik hoop dat ik u zo heb geholpen, en dat u iets met de advies die ik u heb gegeven gaat doen. Ik zou het boek namelijk met trots willen uitgeven, want ik vind het echt een prachtig verhaal. Uw werk belooft ontzettend veel, en u hebt kans op een schitterende toekomst als schrijver.

 

Met vriendelijke groeten,

Paulina Miszewska

Uitgeverij Boekendroom.