Boek 2 - havo 4

De dag die nooit komt         Oliver Reps         arpil 2018          5/5 sterren                                                         

Juryrapport
Eisen:
1. Het boek moet een verrassend einde hebben.
2. De titel moet perfect de strekking van het verhaal weergeven.
3. Het verhaal moet een vorm van spanning bevatten.
\--> Dit vind ik belangrijk omdat er anders een langdradig verhaal ontstaat waar lastig doorheen te lezen valt.
4. Het moet duidelijk zijn wanneer het verhaal zich afspeelt.
\--> Dit is belangrijk voor mij omdat ik anders erg snel verward ben en afhaak van het verhaal.
5. Het verhaal moet een duidelijke opbouw hebben met een pakkend begin.
\--> Dit is een belangrijk onderdeel omdat je anders in het begin van het boek al afhaakt, het lijntjes moeten vroeg in het boek al aan elkaar te knopen zijn. (spreekwoordelijk gezegd)

1. Het boek moet een verrassend einde hebben.
Het boek heeft een verrassend einde, de hoofdpersoon Elias kijkt terug op zijn leven in 1 nacht naar de gebeurtenissen die hem zover hebben gebracht. Door het verhaal heen merk je na een aantal gebeurtenissen dat Elias een lastig kind is, maar door zijn therapeut is dit beter geworden. Je verwacht dat het ondertussen door de kom van zijn nieuwe vriendin Polly beter met hem gaat, maar na haar overlijden gaat het slechter met Elias. Ik verwachtte dat Elias erbovenop zou komen maar dit gebeurde niet, hij heeft aan het einde van het verhaal een einde maakt aan het leven van zijn zusje Evi en die van hemzelf.

2. De titel moet perfect de strekking van het verhaal weergeven.
De titel van het boek “De dag die nooit komt”, is een goede titel voor het boek omdat ik denk dat de schrijver duidt op de dag dat Elias gelukkig zal zijn. Die dag zal volgens Elias nooit komen, omdat nadat Polly overleed Elias depressief werd.

3. Het verhaal moet een vorm van spanning bevatten.
Het verhaal bevat genoeg spanning, je blijft nieuwsgierig om verder te lezen. Dit komt onder anderen door de manier waarop het verhaal wordt verteld, de hoofdpersoon Elias blikt namelijk in een slapeloze nacht terug op de gebeurtenissen die hem hebben gebracht naar de plek waar hij nu is. Tussen de gebeurtenissen die Elias omschrijft krijg je korte delen waar je weer in de slapeloze nacht zit en lees je hoe Elias zich nu voelt.

4. Het moet duidelijk zijn wanneer het verhaal zich afspeelt.
Het is altijd duidelijk wanneer het verhaal zich afspeelt, de herinneringen van Elias worden teruggeblikt op een chronologische volgorde, zo kun je het verhaal goed volgen. Ook wordt het duidelijk gemaakt wanneer je weer in het ‘heden’ leest, zo wordt er omschreven hoe hij zich nu voelt en hoe hij nu over deze gebeurtenissen denkt.

5. Het verhaal moet een duidelijke opbouw hebben met een pakkend begin.
Het verhaal heeft een goede opbouw, je leert Elias al snel kennen doordat de schrijver begint met het vertellen over hem op een jonge leeftijd. Dan wordt er geleidelijk opgebouwd naar de tijd waar het verhaal zich afspeelt, op deze manier is het boek niet snel saai. Je leert de personages kennen voordat je aan het verhaal begint. Het begin zorgt ervoor dat je verder wilt lezen, je wilt weten hoe de gebeurtenissen uit Elias’s verleden hem hebben beïnvloedt.