Biologie is de leer van het leven. Dit betekent dat wij, biologen, levende wezens bestuderen. Een levend wezen wordt ook wel een "organisme" genoemd. Tot de organismen behoren onder anderen: Dieren, Planten, Schimmels en Bacteriën.
Organismen vertonen levenskenmerken. Alle levende organismen ademen bijvoorbeeld. Op het moment dat een organisme geen levenskenmerken meer vertoont, noemen we het dood. Er zijn in de natuur ook voorwerpen die nooit hebben geleefd. Dit noemen we levenloos.
Levende organismen vertonen dus levenskenmerken. Maar wat zijn levenskenmerken nou eigenlijk? In de praktijk spreken we altijd van dé 7 levenskenmerken:
Hoe zien deze kenmerken eruit? Wat gebeurt er dan met een organisme?
Ademhalen
Alle levende organismen hebben zuurstof nodig om te kunnen "werken"/functioneren. Deze zuurstof zit in de lucht om ons heen, maar ook in het water van de zee of in een sloot. Organismen kunnen op verschillende manieren ademhalen: via longen (mensen), kieuwen (vissen), huidmondjes (planten), tracheën (insecten) en via celmembranen (pantoffeldiertje).
Voeden
Als een organisme actief stoffen binnen krijgt die het helpen om te overleven, noemen we dat voeden. Voor ons betekent dat genoeg energie binnen krijgen via een broodje kaas of vocht in de vorm van een glas water. Je kan alle dieren indelen in 3 grote groepen op basis van hun voedselvoorkeur: Herbivoren (planteneters), Carnivoren (vleeseters) en Omnivoren (alleseters).
Uitscheiden
Alles wat het lichaam niet gebruikt, wordt weer afgegeven aan de omgeving in de vorm van poep, plas of gas.
Waarnemen
Om als organisme te kunnen overleven, moet je wel weten wat er om je heen gebeurd. Elk organisme heeft hier verschillende zintuigen voor, waarmee je kan ruiken, proeven, horen, zien en voelen. Met behulp van deze zintuigen kan je de wereld om je heen in kaart brengen en weet je wanneer er gevaar dreigt of er juist wat lekkers te eten is.
Bewegen
Veel organismen reageren op de wereld om zich heen door zich te bewegen. Een egeltje ziet bijvoorbeeld een vos en vlucht zijn holletje in. Beweging is mogelijk door een samenwerking tussen spieren in je lichaam.
Voortplanten
Misschien heb je wel eens gehoord dat het "doel" van het leven is om je voort te planten. Dieren vatten het ook zo op, voor de overleving van de soort is voortplanting namelijk heel erg belangrijk.
Groeien
Groeien is het groter en zwaarder worden van een organisme. Bijvoorbeeld: een vrouw groeit, waardoor haar lengte en gewicht toenemen.