Hieronder staan de begrippen van dit projectdeel. Jij moet die begrippen kennen voor de kennistoets. Om de begrippen goed te kennen moet je deze begrippen al gaan leren. Wij willen dat je het leren van begrippen op de volgende manier aanpakt:
Klimaatverandering Een verandering van het klimaat waardoor de omstandigheden voor mens, dier en planten verandert. |
Klimaat adaptief Het goed en op tijd aanpassen aan het veranderende klimaat. Daardoor kan schade door klimaatverandering beperkt worden. |
Wadi Bufferings- en infiltratievoorziening die er voor zorgt dat het grondwaterniveau minder hoog in de winter en minder laag in de zomer is. |
Grondwaterniveau De hoogte van het water wat zich in de bodem bevindt. |
Drainagebuis Kunststof buis onder de grond in een wadi om het te veel aan water af te voeren. |
Extreem weer Weer waarbij er te veel neerslag in korte tijd valt, te lange hete periode zonder neerslag is of een te lange koude periode zonder neerslag. |
Neerslag Verzameling van waterdeeltjes dat uit wolken op het aardoppervlak valt. De waterdeeltjes kunnen zowel vloeibaar (regen en mist) als vast (sneeuw en hagel) zijn. |