Wat werkt? Conclusies en aanbevelingen

Terugkomend op het verhaal van Veerle dat aan het begin geschetst werd. Wat te doen? Zet als leerkracht in op relatie, competentie en autonomie. Zoek naar oplossingen. Wat werkt al, en wat nog meer? Laat de leerling merken dat je betrokken bent en bereid om te investeren. Door observatie, het inzetten van interventies, investeren in de leerling, het aanboren van krachtbronnen en het ‘zien’ van de leerling, kan elke leerling tot zijn recht komen. En dat is één van de mooiste uitdagingen van een leerkracht.

Positieve aspecten bieden perspectief: dat wat goed gaat zullen we verder gaan uitbreiden (Pameijer, Van Beukering & De Lange, 2011).

10 Praktische tips Sark (2016)

1. Intrinsieke motivatie kun je niet beïnvloeden

De motivatie die iemand vanuit zichzelf heeft om iets te doen leg je niet van buitenaf op. Je kunt wel voorwaarden creëren, waardoor de intrinsieke motivatie niet verdwijnt.

2. Realiseer je je invloed

De leerkracht heeft een grote impact op de extrinsieke motivatie van leerlingen. Realiseer je dat de manier waarop je over een leerling denkt doorwerkt in de wijze waarop je hem of haar benadert en dat dit bepalend is voor de motivatie van die leerling. Wees verwachtingsvol!

3.Help leerlingen hun motivatie te ontdekken.

Denk  bewust na over hoe je jouw passie kunt overbrengen.

4. Laat leerlingen ervaren dat ze groeien.

Ergens beter in worden werkt motiverend. Laat ze vaker reflecteren op hun leerstrategie en zorg dat ze regelmatig succes kunnen ervaren.

5. Geef keuzes en ruimte.

Differentieer en daag leerlingen uit op hun niveau.

6. Zorg voor verbinding.

Realiseer je het belang van een goede relatie met leerlingen. Leerlingen willen vooral gezien worden als individu, zodat ze zich gewaardeerd voelen. Investeer bewust in een goed contact: ken hun namen, weet wat ze bezighoudt. Als de verbinding er eenmaal is lukt het beter om leerlingen te motiveren, omdat ze dingen makkelijker van je aannemen.

7. Stimuleer een groei mindset.

Benadruk steeds weer het belang van oefenen in combinatie met bewuste leerstrategieën. Door gericht aan de slag te gaan zie je verbtering en verhoog je je zelfeffectiviteit.

8. Bied praktijkervaringen.

Leerlingen willen leren hoe de ‘echte wereld’ in elkaar steekt en raken sneller gemotiveerd voor opdrachten uit de praktijk dan van alleen theorie.

9. Ken de dromen en interesses van je leerlingen

Als je weet waar je leerlingen  voor gáán en waar hun interesses en passies liggen, kun je ze veel beter begeleiden.

10. Leren hoeft niet altijd leuk te zijn.

Sommige dingen moeten nu eenmaal. En op jonge leeftijd is dat best veel. Benoem dit en stimuleer leerlingen om door te zetten.

Hoe beter iemand weet waarom hij iets doet hoe groter de taakwaarde wordt en des te makkelijker iemand zich ertoe kan zetten. Daar staat tegenover dat het voor de leerling ook leerzaam is om bepaalde dingen gewoon maar te doen.  Het nut ervaren ze soms pas later.

 

 
 
 
 
 
 
  •  

Mindset https://www.youtube.com/watch?v=KUWn_TJTrnU