Veerle zit aan haar tafel en kijkt uit het raam. Voor haar ligt haar werkboek spelling onaangeroerd. Zo gaat het bijna elke dag. Er zijn echter ook dagen dat Veerle haar werk wel doet en dat het resultaat voldoende en soms goed is.
Een heel gewoon voorbeeld uit de praktijk. Veel leerkrachten zullen de situatie herkennen. Wat te doen? Wat vragen we van de leerling en bovenal wat doen we als leerkracht in een situatie als deze?
Motivatie is een centrale en eeuwige kwestie op het gebied van psychologie geweest, want het is de kern van biologische, cognitieve en sociale regulering. Misschien nog belangrijker, in de echte wereld, wordt motivatie enorm gewaardeerd vanwege de gevolgen ervan: motivatie produceert (Deci & Ryan, 2000).
Motivatie heb je nodig om te leren en ontwikkelen. Een gemotiveerde houding helpt de leerling om zijn werk te doen. Leerlingen brengen niet alleen eerdere leerresultaten mee in de les maar ook: leermotivatie, leerstrategieën en hun vertrouwen in het leren (Hattie, 2015). Kinderen zijn van nature nieuwsgierig en verlangen ernaar ergens succesvol in te zijn (Nelis & Sark, 2014). Kinderen zijn gemotiveerd om te laten zien wat ze kunnen en ook gemotiveerd om méér te kunnen. Zo is een mens gebouwd: pro- actief, intrinsiek gemotiveerd om zich te ontwikkelen en te leren, een leven lang (Stevens, 2010). Kinderen die gemotiveerd zijn ontplooien hun talenten eenvoudiger zelfstandig dan leerlingen die niet gemotiveerd zijn. Zij leren omdat zij een taak leuk en of interessant vinden. Ze leren van tegenvallers en ontwikkelen zich juist aan de hand van lessen die ze eruit trekken (Bors & Stevens, 2018).