★ Aan de slag 9

NAWApp
De opdracht is een app te maken, waarin de gebruiker achtereenvolgens zijn naam, adres en woonplaats in aparte tekstvelden typt. Om duidelijk te maken wat er moet worden ingetypt, staan er labels bij de invoervelden. In de popup hiernaast staat een voorbeeld.

In een tekstveld kan slechts één regel geplaatst worden. Door de gebruiker te laten klikken op een OK knop, moet de tekst uit de invoervelden verzameld worden en in een apart veld met meerdere regels onder elkaar worden gezet. Daarvoor gebruik je een TextArea, want een TextArea kan meerdere regels tekst bevatten.

 

  1. Open een nieuw app en sla de app op onder de naam NAWApp in een nieuwe map NAWApp.
  2. Plaats drie maal een TextField en geef deze objecten de namen naamVeld, adresVeld en woonplaatsVeld
  3. Plaats een Button met de tekst OK en noem dit object okKnop
  4. Plaats voor de drie objecten van de klasse TextField drie Labels.
  5. Wijzig de naam van het eerste label in naamLabel
  6. Wijzig de tekst van het label in: Typ je naam in:
  7. Maak op dezelfde manier ook een adresLabel en een woonplaatsLabel
  8. Maak een TextArea voor de tekst uit de drie invoervelden en geef het object de naam uitvoerArea
  9. Om de app te laten reageren op de okKnop moet er de nodige programmacode gekoppeld worden aan die knop: de event-handler van de okKnop. Gebruik daarvoor onderstaande programmacode. Let bij het overtypen op het gebruik van hoofdletters en de leestekens.

    public void okKnop_Action(Event evt) {
      String naam;
      naam = naamVeld.getText();
      String adres;
      adres = adresVeld.getText();
      String woonplaats;
      woonplaats = woonplaatsVeld.getText();
      String uitvoer;
      uitvoer = naam + "\n" + adres + "\n" + woonplaats;
      uitvoerArea.setText(uitvoer);
      naamVeld.setText("");
      adresVeld.setText("");
      woonplaatsVeld.setText("");
    } // end of okKnop_Action

Je moet nu in staat zijn de programmacode te begrijpen.
Alleen in regel 8 staat iets nieuws: “\n”
Deze code zorgt ervoor dat wanneer de app wordt uitgevoerd een harde return wordt geplaatst.
Een harde return zorgt ervoor dat er op een nieuwe regel verder kan worden gegaan.

Met het plusteken in regel 8 worden twee strings aan elkaar gekoppeld.
In deze opdracht wordt de variabele naam gekoppeld aan de harde return, daaraan het adres enz.

  1. Bewaar de app in de vorm van een project.
    Kies Bestand → Als project opslaan.
    Geef het project de naam NAWProject.
  2. Test het programma.