Leerdoelen
Les 13
- Je weet hoe je afdrukstand liggend maakt.
- Je weet hoe je kolommen moet instellen.
- Je kent verschillende lettertypes.
- Je weet hoe je een koptekst instelt.
- Je weet hoe je een koptekst centreert.
- Je weet hoe je een tabel in een kolom plaatst.
- Je weet hoe je een tekstvak moet invoegen.
- Je weet hoe je opsommingstekens instelt.
- Je weet hoe je een tekst cursief (schuin maakt), vet en onderstreept maakt.
- Je weet hoe je een afbeelding moet invoegen.
Je kunt deze vaardigheden gebruiken voor het examen. Het is een extra oefening.