|
- Hoe bewerk je een tekst.
- Hoe sla je een bestand op.
|

|
- Tekst kun je onderstrepen,
vet ,en cursief maken.
- Klik op het tabblad Start.
Gebruik de groep Lettertype.
|



|
- Typ eerst tekst in. Dit is je naam, adres en woonplaats.
- Selecteer je naam en maak dit vet
- Selecteer je woonplaats en maak het cursief.
- Selecteer je adres en zet er een streep onder.
- Let op : selecteren doe je door voor de tekst te gaan staan, linkermuisknop ingedrukt houden en over de tekst te bewegen.

Uitproberen:
Ctrl+B
Ctrl+I
Ctrl+U
|

|
- We gaan nu het lettertype en de lettergrootte veranderen.
- Selecteer om de beurt je naam, adres en woonplaats en geef elke regel een ander lettertype.
- Nu ga je elke regel een andere grootte geven.
- Let op: ga niet groter dan 22
|

|
Misschien vind je het leuk om
met kleur te werken.
- Selecteer de eerste regel
- Zoek de knop om tekst te kleuren.
- Klik op het driehoekje en maak de regel rood.
- Geef de andere regels ook een kleur.
|

|
Je weet nu hoe je een andere
kleur kan gebruiken, maar er is
nog een manier.
- Zoek de knop van de markeerstift.
- Selecteer in elke regel een woord en geef het een kleur met de markeerstift.
|