Benodigdheden en mogelijkheden

Organisatie

'Het is van belang dat directeuren en leerkrachten hetzelfde denken over de vraag hoe zijn kunnen zorgen voor beter onderwijs om zo te zorgen voor een kwaliteitsslag in het passend onderwijs' (De Vos en Saman, 2018).
Zoals is te lezen in het interview met Ingrid Schutte zouden de samenwerkingsverbanden ervoor gezorgd moeten hebben dat de basisondersteuning op de scholen op orde is. Het gaat daarbij over de expertise binnen de school en het krachtiger maken van leerkrachten. Er zal een gedeelde visie op passend onderwijs en goed leiderschap moeten worden gerealiseerd, omdat de organisatie en het leerkrachtenteam niet altijd hetzelfde denken over het neerzetten van ‘beter’ onderwijs (De Vos en Saman, 2018). Het team wordt meegenomen bij deze beslissingen. Er zal een sterk onderling en samenhangend curriculum moeten zijn, waar ook het gedrag van de leerkrachten en de organisatie in samengaan (Waslander, 2017). De Vos en Saman (2018) schrijven dat een duidelijk visie zorgt voor ruimte waarin leerkrachten hun deskundigheid kunnen verbeteren. Zo wordt professionalisering geïmplementeerd in de schoolontwikkeling en het kwaliteitsbeleid.

 

In de klas en op leerkrachtniveau

Iedere leerkracht onderschrijft het doel van passend onderwijs: het kind op een passende plek binnen het onderwijs te krijgen, zo mogelijk in de eigen regio. Aan de wil ontbreekt het niet. Dit kwam al naar voren in de afgenomen enquete, maar ook uit onderzoek blijkt dat hier meer en gestructureerd op moet worden ingezet. Betere kennis van gedragsproblematiek en hoe daarmee om te gaan is essentieel. Dit zal ook de kans op slagen vergroten (Goei & Kleijnen, 2009). Wel zal de leerkracht open moeten staan voor verandering van denkwijze en handeling. Het lukt de leerkracht tot op heden niet om handelingsplannen voldoende binnen de groep gestalte te kunnen geven (Onderwijsraad, 2017). Leerkrachten en directeuren verklaren dit door de grootte van de groepen en de (te) vele gedragsproblemen in de groep. Kleinere groepen en meer handen in de klas is een grote wens vanuit de praktijk.

Juist kinderen met gedragsproblemen hebben er behoefte aan om te zoeken naar hun sterke kanten. Door de versterking van hun gevoel iets te kunnen en erbij te horen, zal hun motivatie toenemen (Goei & Kleijnen, 2009). Leerkrachten moeten leren kijken naar wat goed gaat en dat versterken. Oplossingsgerichte begeleiding zou hier mooi bij aan kunnen sluiten.  

Op de lerarenopleidingen en pabo moet meer aandacht komen voor gedragsproblematiek. De beginnende leerkracht komt zo met meer handvatten zijn eerste werkjaren door.