Chromosomen

Erfelijke factoren bepalen hoe je eruit ziet en soms ook welke ziekten je kunt krijgen. Om te leren over chromosomen gaan we terug naar het begin van de mens: De bevruchte eicel.

In de kern van de bevruchte eicel zitten 'erfelijkheidsdragers', beter bekend als chromosomen. Elke bevruchte eicel bevat 23 chromosomen zowel uit de zaadcel van de man en 23 chromosomen uit de eicel van de vrouw. Samen worden dit 46 chromosomen die paren vormen. 

Een bevruchte eicel bevat dus 23 paar chromosomen. 

Het 23e paar chromosomen is een bijzonder paar. Dit chromosomen paar bevat chromosomen die het geslacht bepalen. We noemen ze X-chromosomen en Y-chromosomen. 

Man = XX-Chromosomen. Het 23e paar chromosomen bestaan uit 2 X X chromosomen. De bevruchte eicel zal uitgroeien tot een jongen. 

Vrouw = XY-Chromosomen. Het 23e paar chromosomen bestaan uit 1 X en 1 Y Chromosoom. De bevruchte eicel zal uitgroeien tot een meisje. 

Elke bevruchte eicel zal dus altijd 1 X chromosoom bevatten. Deze zit in de bevruchte eicel van de vrouw. De zaadcel van de man zal het geslacht daarom bepalen. Het is maar de vraag met welke soort chromosoom de zaadcel de eicel bevrucht heeft. Een heel bijzonder moment. 

 

Geslachtsbepaling https://www.youtube.com/watch?v=SzEF4kmv9RA