Situatie
Je zit in Londen bij een bushalte te wachten. Naast je op het bankje zit een leeftijdgenoot een hamburger te eten. Je knoopt een gesprek aan over fastfood.
Werk samen met een klasgenoot. Voer een gesprek.
Vraag of je leeftijdgenoot het lekker vindt.
Vertel wat jij van een hamburger vindt.
Zeg wat jouw favoriete fastfood is.
Vertel hoe vaak je het eet.
Stel je leeftijdgenoot twee zelfbedachte vragen over eten en drinken.
Beƫindig het gesprek.
Tip: Vraag twee klasgenoten om commentaar te geven op jullie gesprek.
Beoordeling van de taak
Je hebt het goed gedaan als je:
elkaar hebt begroet;
goede vragen kon stellen;
alles hebt besproken wat in de opdracht stond;
duidelijk hebt gesproken;
goed te begrijpen was voor je klasgenoten;
je fouten hebt verbeterd met de hulp van een andere leerling.