Home swap
Gesprekken voeren; informele gesprekken
Situation
Your family is house swapping. You are staying in a house in England. You meet the neighbours.
Je doet met je familie mee aan een 'house swap'. Jullie verblijven in een huis in Engeland. Je ontmoet de buren.
Work together with a classmate. Think of at least five questions that you want to ask the neighbor about the following subjects. Write down the questions as well as the answers.
Werk samen met een klasgenoot. Bedenk samen ten minste vijf vragen die je aan de buurman wilt stellen over de volgende onderwerpen:
Write down the questions as well as the answers.
Schrijf de vragen én antwoorden op.
Have the conversation with a classmate. One of you is the tourist and the other the neighbour.
Voer het gesprekje met een klasgenoot. Een van jullie speelt de toerist en de ander de buurman/vrouw.
You have done a good job if you:
Jullie hebben het goed gedaan als jullie: