Bestaat er wel solidariteit naar ouderen?
Oudere werkzoekenden solliciteren net zo vaak als jongeren en zijn bereid salaris in te leveren om een baan te vinden, maar het helpt niet. De kans op een baan wordt teniet gedaan door hun leeftijd. Leeftijd is helaas de meest belemmerende factor om werk te vinden. Ook al komt het vooral door hardnekkige vooroordelen. Dat een oudere bijvoorbeeld minder flexibel zou zijn. Werkgevers zoeken in verband met de technologische ontwikkeling liever naar jongeren die veranderingen kunnen brengen. En hardnekkige vooroordelen blijven nu eenmaal hardnekkig.
Ons pensioenstelsel is gebouwd op solidariteit. Solidariteit tussen oude en jonge mensen, tussen verschillende inkomensgroepen en tussen werkgevers en werknemers.
Na het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd (de AOW-leeftijd gaat in stappen omhoog naar 67 jaar in 2021) heeft elke Nederlander recht op een AOW-uitkering. De AOW wordt gefinancierd volgens het omslagstelsel. Daarnaast heb je mogelijk recht op een pensioenuitkering, een aanvulling op de AOW-uitkering. Voor de uitkeringen zijn tijdens het werkzame leven door de gepensioneerden en/of door hun werkgevers premies betaald aan een pensioenfonds. Pensioen is uitgesteld loon: er wordt geruild over de tijd.
Pensioenen lijken een ver van je bed show als je jong bent. Maar elke beslissing die je in je leven maakt, zoals trouwen, scheiden, kinderen krijgen, of een jaar ertussenuit, is van invloed op je pensioen. Ongeveer 20% van je loon gaat naar je pensioen, dat is gelijk aan 1 dag werken per week. Jongeren zijn, of ze het willen of niet, een groot deel van hun leven bezig met pensioen.
Wat wordt jouw pensioenleeftijd? Doe de check:
https://www.svb.nl/int/nl/aow/wat_is_de_aow/wanneer_aow/
Als je met pensioen bent hoef je niet meer te werken. Maar wat is pensioen eigenlijk?
Als je met pensioen bent heb je nog wel uitgaven maar geen inkomsten meer uit je werk. Dus waar betaal je dan je boodschappen mee?
AOW
In Nederland krijgt iedereen die de pensioengerechtigde leeftijd heeft een uitkering volgens de Algemene Ouderdoms Wet (AOW). De AOW is een volksverzekering. Volksverzekeringen zijn verzekeringen die voor alle inwoners van Nederland gelden. De AOW-uitkering wordt betaald door de mensen met een inkomen. Zij betalen een premie voor deze verzekeringen.
Pensioen
Veel gepensioneerden hebben naast de AOW-uitkering nog een inkomen. Ze hebben toen ze werkten gespaard voor hun pensioen. In veel gevallen is dat via de werkgever geregeld, maar soms hebben mensen ook vrijwillig een bedrag voor hun pensioen gespaard.
Drie pijlers in het Nederlands pensioenstelsel
Alles is te verzekeren. Als je op vakantie gaat kun je een regenverzekering afsluiten. Valt je vakantie door overvloedige regenval in het water, dan keert deze regenverzekering een bedrag uit dat je aan een nieuwe vakantie kunt besteden. En als je zelf je huis verbouwt, verzeker dan wel eerst eventuele schade door scheuren of verzakkingen.
Een pensioen is ook een verzekering. Een verzekering tegen verlies van je inkomen wegens arbeidsongeschiktheid, ouderdom of overlijden. De verzekeraar keert uit als je niet meer kunt werken maar in de meeste gevallen als je de pensioengerechtigde leeftijd hebt bereikt en niet meer hoeft te werken. De zekerheid van een inkomen bij ouderdom rust op drie pijlers.
Laten we die pijlers van dichtbij bekijken:
![]() |
![]() |
![]() Vroeger Dat mensen individuele aanvullend pensioen op kunnen bouwen bij een bank of verzekeringsbedrijf is niet nieuw. Dat kon al in de 19e eeuw. Maar het was toen maar voor een enkeling weggelegd. Voor arbeiders was een dergelijke verzekering veel te duur en ook voor de meeste kleine zelfstandigen. Toen de welvaart in Nederland na de Tweede Wereldoorlog steeg, werd een individueel aanvullend pensioen voor meer mensen betaalbaar. |
De overheid biedt alle ouderen voldoende inkomen om van rond te komen
Na de Tweede Wereldoorlog was Nederland er klaar voor om alle burgers een bestaansminimum te bieden. Dat wil zeggen dat alle Nederlanders voldoende middelen moeten hebben om in de belangrijkste behoeften te voorzien zoals wonen, kleding en eten. Ook voor alle ouderen moest een bestaansminimum worden gegarandeerd. Te oud zijn om te werken mocht nooit de bedelstaf tot gevolg hebben. Dat bestaansminimum was niet langer voorbehouden aan mensen die in loondienst hadden gewerkt.
Om alle ouderen dat bestaansminimum te bieden, bedacht Willem Drees, toen minister van Sociale Zaken, de Noodwet Ouderdomsvoorziening. Volgens dat wetsontwerp zouden alle ouderen van 65 jaar en ouder een pensioen van de overheid krijgen. Rechtse politieke partijen wezen dit wetsontwerp af want ze vonden dat de burgers zelf hun oudedag moesten verzekeren. Ook de gereformeerde kerken waren tegen. Zij vonden het geen taak van de overheid om armen te helpen en waren ook meer voor hulp in natura, niet in geld.
Maar Drees zette door en de Noodwet Ouderdomsvoorziening ging in 1947 in. Pas in 1957 werd de noodwet omgezet naar een permanente regeling: de Algemene Ouderdomswet (AOW).
Alle Nederlanders die een deel van hun leven in Nederland gewoond of gewerkt hadden vanaf hun 65ste jaar recht op AOW. Ze krijgen dat een uitkering van de overheid.
Maar de regels zijn veranderd en mensen krijgen pas op een latere leeftijd hun AOW.
In de video hieronder zie je waarom.
Achtergrond artikelen en uitleg over de AOW
Hoe gaat het met de AOW in de toekomst?
Iedereen die werkt in Nederland draagt van zijn salaris ook AOW-premie af.
In 1960 was de verhouding tussen werkenden en gepensioneerden 6:1.
Op iedere zes werkenden was er één AOW-er. In 2010 was die verhouding 2,5:1. In de nabije toekomst zullen er in verhouding alleen maar minder werkenden zijn om de pensioenen te betalen.
Eerste grafiek: Percentage gepensioneerden in verhouding tot het aantal mensen in de actieve werkende leeftijd.
Die vergrijzing heeft verschillende oorzaken. Mensen leven steeds langer en het aantal geboortes daalt jaarlijks. Maar tussen 1947 en 1955 was er een geboortegolf. En dat zorgt 65 jaar later, tussen 2012 en 2020, voor een pensioengolf. Dat, en het sindsdien dalende geboortecijfer, zorgen ervoor dat het aantal AOW-ers snel zal toenemen (zie afbeelding bevolkingspiramide Nederland).
Pensioenquiz
Test je kennis via deze Kahoot! Login: CasaManana Wachtwoord: @casaManana
Door de vergrijzing wordt de AOW moeilijker te bekostigen en wordt er aan de ouderdomsvoorziening gesleuteld. Er zijn verschillende mogelijkheden.
Andere oudedagsvoorzieningen
Voor de meeste mensen is de AOW niet de enige bron van inkomsten.
Jouw pensioen eiland; hoe je na je pensioen wilt leven bepaalt wat je nu zult moeten sparen. Klik op de link, spel het spel en ontdek of jij uitkomt met alleen AOW!
Hoe werkt een pensioenfonds
Pensioenuitkeringen zijn een aanvulling op de AOW-uitkering. Voor de uitkeringen zijn tijdens het werkzame leven door de gepensioneerden en/of door hun werkgevers premies betaald aan een pensioenfonds. Pensioen is uitgesteld loon: er wordt geruild over de tijd. Met de premies is een kapitaal gevormd dat door het fonds wordt beheerd en belegd. Uit de ingelegde premies en de beleggingsopbrengsten van het fonds worden de pensioenuitkeringen betaald. Deze manier van financieren van de uitkeringen noemen we het kapitaaldekkingsstelsel. De pensioenfondsen beleggen in aandelen, obligaties en onroerend goed.
Als de pensioenen elk jaar evenveel stijgen als het inflatiepercentage dan is de uitkering waardevast. Als de pensioenen elk jaar stijgen met de gemiddelde stijging van de cao-lonen spreken we van een welvaartsvast pensioen.
Beleggen in aandelen en obligaties
Wat is beleggen? Heel simpel gezegd is het een vorm van investeren. Met beleggen zet je je geld aan het werk met als doel dit te laten groeien. Dit kan door het kopen van bijvoorbeeld aandelen, waarvan jij denkt dat ze straks meer waard worden, zodat je ze later met winst kan verkopen.