De Aanslag- niveau 3- Harry Mulisch- beoordeling:3/5

verslag de aanslag

Informatie over de schrijver:
Harry Mulisch (1927-2010) groeide op als zoon van een Oostenrijks-Hongaarse vader die tijdens de Eerste Wereldoorlog officier was in het leger. Al voor de Tweede Wereldoorlog scheidden zijn ouders en verhuisde zijn moeder naar Amsterdam. Zijn moeder emigreerde naar Amerika, terwijl hij in Nederland achterbleef en zijn schrijversdebuut maakte. In 1946 schreef Mulisch zijn eerste verhaal, ‘De kamer', dat een jaar later in Elseviers Weekblad gepubliceerd werd. Pas na zijn eerste publicatie begon Mulisch zich in literatuur te verdiepen. Daarnaast liet hij zich inspireren door toneel.

 

Samenvatting:

 

Eerste episode, 1945 .
Op een avond in januari 1945 wordt de familie Steenwijk opgeschrikt door zes schoten. Voor het huis van de buren Korteweg ligt het lijk van Fake Ploeg,hoofdinspecteur van politie. Korteweg en Karin slepen het lijk voor het huis van de familie Steenwijk. Peter rent naar buiten om het dode lichaam weer weg te zeulen. De Duitsers komen;Peter vlucht weg en neemt het pistool van Ploeg mee.


Anton en zijn ouders worden uit hun huis gehaald en de villa wordt in brand gestoken, nadat eerst de ruiten kapot zijn geslagen. Anton wordt in een auto gestopt en weggevoerd. Wat er met zijn ouders gebeurt, weet hij niet.

Hij wordt in een cel in het politiebureau in Heemstede geworpen. In deze cel zit al een vrouw. Ze troost Anton en praat met hem over de fascisten ('ze zullen zeggen, dat het de schuld van de illegaliteit is') en over de noodzaak hen te haten. Anton wordt de volgende dag overgebracht naar de Ortskommandant in Haarlem, van wie hij naar zijn oom en tante in Amsterdam mag gaan. Tijdens de rit van Haarlem naar Amsterdam wordt het konvooi door een Engels vliegtuig beschoten, waarbij enige doden vallen. In Amsterdam komt Anton bij een Duitse generaal terecht, die vriendelijk voor hem is. Oom Peter haalt hem op.

Tweede episode , 1952.
Anton wordt opgevoed door zijn oom en tante, een kinderloos doktersechtpaar aan de Apollolaan te Amsterdam. Na de oorlog blijkt, dat zijn ouders en Peter in de fatale nacht ter plekke zijn doodgeschoten. Anton reageert beheerst; hij gaat niet op onderzoek uit.



Na het gymnasium gaat hij medicijnen studeren. Als hij tweedejaars is, wordt hij door een studiegenoot uitgenodigd op een feestje in Haarlem. Zo komt hij in 1952 voor het eerst weer terug in de stad die hij in januari 1945 heeft verlaten. Het feestje wordt voor hem een teleurstel-ling, omdat een paar brallerige studenten kwetsende opmerkingen maken. Anton wordt hierdoor herinnerd aan hetgeen hij in de oorlog heeft meegemaakt. De aansporingen om zich als vrijwilliger aan te melden voor de oorlog in Korea doen hem besluiten het feestje vroegtijdig te verlaten.

Op de terugweg komt hij langs de kade waar zijn ouderlijk huis heeft gestaan. Mevrouw Beumer roept hem binnen. Ze vertelt dat Antons moeder op die fatale januari-avond een Duitser is aangevlogen en dat zij en haar man daarna zijn doodgeschoten. Anton vertrekt zwijgend en loopt langs het monument dat is opgericht voor de slachtoffers van de januari-tragedie. Hij leest de namen van de gefusilleerden, waaronder die van zijn ouders. De naam van Peter staat er niet bij.

Bij navraag blijkt dat zijn oom hem wel verteld heeft over het monument, maar dat hij de onthulling niet wilde bijwonen. Anton voelt voor het eerst iets van angst voor het afgesloten verleden.

Derde episode , 1956.
Na zijn kandidaatsexamen gaat Anton op kamers wonen in de binnenstad van Amsterdam. In 1956 vallen de Russen Hongarije binnen. Dagenlang is het rumoerig rond het hoofdkwartier van de CPN in Amsterdam (het gebouw Felix Meritis). Tijdens een relletje ontmoet Anton in het portiek van zijn huis Fake Ploeg jr., die een kei in zijn hand heeft. Op de kamer van Anton ontwikkelt zich een heftig gesprek. Omdat zijn vader in de oorlog fout was, heeft Fake niet kunnen studeren. Hij werkt nu in een zaak voor huishoudelijke artikelen. Hij is fel anti-communistisch ('Het zijn niet toevallig dezelfde rotcommunisten geweest,die mijn vader hebben vermoord.'). Anton verwijt Fake dat het de vrienden van zijn vader waren die Antons familie hebben uitgeroeid. Fake wordt woedend en verbrijzelt de spiegel met zijn kei.Kort daarop ontploft de oliekachel, waardoor de kamer vol roet komt. (Er is sprake van een herhaling van hetgeen in januari 1945 is gebeurd: de Duitsers sloegen de ruiten kapot en staken het huis van Antons ouders in brand.)

Vierde episode , 1966.
In 1959 doet Anton artsexamen. Hij krijgt een assistentschap in de anesthesie en gaat in de buurt van het Leidseplein wonen. Hij werkt in het Wilheimina Gasthuis. In Londen ontmoet hij de stewardess Saskia de Graaff. Een jaar later trouwen ze. Ze kopen een half huis in de buurt van het Concertgebouw. De vader van Saskia is ambassadeur in Athene. In de oorlog speelde hij een belangrijke rol in het verzet.

Begin juni 1966 wordt Sjoerd begraven. Hij was een bekend journalist, die in de oorlog in het verzet zat. Omdat hij een vriend was van De Graaff, gaan Anton, Saskia en hun dochtertje Sandra ook naar de begrafenis. Na afloop van de plechtigheid komt Anton in contact met de verzetsstrijder Cor Takes. Deze heeft Fake Ploeg doodgeschoten. Anton wil eigenlijk niet meer over het gebeurde uit de oorlog praten, maar Takes moet zijn hart luchten. Hij tracht zich te rechtvaardigen door te vertellen over de gruweldaden van Ploeg. Over het gezeul met het lijk van Ploeg weet hij niets. Hij vertelt over zijn vriendin Truus Coster. Zij blijkt het meisje te zijn met wie Anton een nacht in de cel heeft gezeten. Anton hoort nu, dat ze drie weken vóór de bevrijding is terechtgesteld. Takes geeft zijn adres en telefoonnummer aan Anton.

Anton gaat met zijn gezin en schoonouders ergens lunchen. Daarna gaat hij met Saskia en Sandra naar het strand. Door de onthullingen van Takes is hij helemaal uit zijn evenwicht. Hij wil de foto van Truus die in het bezit is van Takes, zien. In een foto van Saskia herkent hij het beeld, dat hij sinds 1945 in zijn hoofd heeft van Truus.

De volgende dag gaat Anton naar Takes, die nog helemaal met zijn gedachten in het oorlogsver-leden leeft. Het vrijlaten van de oorlogsmisdadiger Lages maakt de verzetsheld woedend. Anton ziet de foto van Truus. Takes vertelt over zijn verhouding met Truus. Zij was het die de laatste twee schoten op Ploeg afvuurde. Ploeg heeft haar daarna nog met een schot verwond. Anton is zeer geëmotioneerd.

Laatste episode , 1981.
Anton en Saskia zijn gescheiden en Anton is hertrouwd met Liesbeth, die kunstgeschiedenis studeert. Ze hebben een zoon: Peter (1969). Anton verdient veel en heeft vier huizen. Hij is vaak in Italië. Hij wordt neerslachtig en heeft soms ook last van een crisis. In 1978 gaat hij met Sandra naar Haarlem. Op de plaats waar het verbrande huis heeft gestaan, is een bungalow gebouwd. Ze bezoeken het monument en het graf van Truus Coster op de erebegraafplaats in Bloemendaal. Sandra legt een roos op het graf. Door de emoties weet Anton nu plotseling, wat Truus in de cel tegen hem gezegd heeft. Als Anton het aan Takes wil vertellen, blijkt het huis van de verzetsman te zijn gesloopt.

Tijdens de vredesdemonstratie op 21 november 1981 te Amsterdam ontmoet Anton Karin Korteweg. Van haar verneemt hij dat Peter in januari 1945 bij de Kortewegs is binnengevlucht.De Duitsers hebben hem neergeknald. Korteweg en zijn dochter zijn naar de Ortskommandatur gebracht. Anton herinnert zich dat hij Korteweg daar even heeft gezien. Hij hoort nu ook waarom Korteweg het lijk weg wilde hebben: hij was bang voor zijn hagedissen. Toen bleek welke represaillemaatregelen de Duitsers namen, heeft hij de beestjes zelf doodgetrapt. Hij wilde het lijk niet voor het huis van Aarts leggen, omdat daar drie joden ondergedoken zaten.

 

Bron: www.scholieren.com

 

 

 

analyse:
De titel van het boek ‘De Aanslag’ zegt iets over het onderwerp, over de tweede Wereldoorlog en de aanslag op Fake Ploeg, de hoofdinspecteur van de politie.

Tijd:
- Het verhaal speelt zich af in de 2e wereldoorlog en de jaren daarna (tot juli 1982), er verloopt ook tijd tussen begin en eind. Het verhaal wordt in de verleden tijd verteld.
- Het verhaal wordt chronologisch verteld, maar niet continu. Het boek is in 6 delen verdeeld; proloog en daarna 5 episodes, iedere episode in een andere tijd.
- Het verhaal is ‘Ab Ovo’, het begint bij het begin.

 

Personages:
- Anton:

Is de jongste zoon van meneer en mevrouw Steenwijk, en het jongere broertje van Peter. In het begin is hij 12 jaar en zit hij momenteel niet op school wegens kolengebrek. Normaal zit hij in de eerste klas van het Lyceum. Hij heeft bruin haar, donkere ogen en een notenkleurige huid die rond de ogen iets donkerder wordt. Hij lijkt op zijn vader.
- Peter:
Oudste zoon van meneer en mevrouw Steenwijk. Zit in de vierde klas van het lyceum, want hij is twee keer blijven zitten. Hij is nu 17 jaar. Hij heeft blond haar en blauwe ogen, en hij lijkt op zijn moeder. Hij is de oudere broer van Anton.
- Korteweg:
de buurman, was stuurman op de grote vaart en door de oorlog tot nietsdoen gedwongen. Het was een stevige, grote man, met al wat grijzend haar. Hij had een dochter, Karin.
- Karin:
dochter van Korteweg. Ze was verpleegster. Ze had blond haar en blauwe ogen.
- Breumers:
een gepensioneerde, ziekelijke procuratiehouder met zijn vrouw. Ze hadden geen kinderen.
- Saskia:
eerste vrouw van Anton. Ze was stewardess bij de K.L.M. Ze had bruin haar en bruine ogen. Ze had samen met Anton een dochter, Sandra.
- Liesbeth:
tweede vrouw van Anton. Ze had blond haar, blauwe ogen. Ze had samen met Anton een zoon, Peter.
Het verhaal speelt zich af in Haarlem, waar Anton woonde met zijn ouders, en in Amsterdam, waar hij eerst bij zijn oom en tante woont en later zelf in een huis woont.
Het speelt zich af in een personale situatie: Eer hij wist wat hij deed, was hij onder de arm van meneer Bos door gedoken en ging op zijn plaats zitten. In deze zin kun je hij vervangen door ik.                                                                                    


 

Eigen mening:

Mijn verwachting was dat het boek zielig zou zijn, omdat er iemand vermoord was.. Dit was helemaal niet hoe het boek verliep het ging juist over hoe ‘de aanslag’ heeft kunnen gebeuren.

Ik vond het verhaal zelf wel spannend en aangrijpend, je wilt graag weten wat er met de familie Steenwijk is gebeurd. En het boek gaat niet alleen over de oorlog maar ook over het leven daarna, dat vond ik zelf wel interessant. Maar het taalgebruik vond ik soms wel lastig. Er werden moeilijke woorden gebruikt en ik las er niet makkelijk doorheen. Het boek heeft zeker iets nieuws gebracht, ik ben meer gaan nadenken over de aanslagen die hebben plaatsgevonden, en die misschien nog niet eens ontdekt zijn.