Hersenschimmen- niveau 3- J. Benlef- beoordeling:3/5

boekverslag Hersenschimmen 

Informatie J.Bernlef:

De naam Bernlef is een pseudoniem. Eigenlijk heette de dichter Hendrik Jan Marsman, en hoewel hij geen familie van de vooroorlogse dichter H. Marsman was, koos hij ervoor een heel andere naam te gebruiken, namelijk die van een onbekende Friese bard uit de achtste eeuw: Bernlef.

J. Bernlef richtte in 1958 samen met G. Brands en K. Schippers het tijdschrift Barbarber op en schreef daarvoor realistische en neo-realistische gedichten. Het tijdschrift maakte geen onderscheid tussen het gewone en het literaire. Vanaf de jaren zeventig werd zijn poëzie lyrischer van aard en persoonlijker. De toon bleef parlando en helder, tegen het prozaïsche aan. Zelf zei hij dat de meeste ideeën in de eerste plaats als gedichten ontstonden om daarna soms uitgewerkt te worden in verhalen, essays of romans. Hij overleed in 2012.

 

Samenvatting

Hersenschimmen vertelt het verhaal van iemand die langzaam maar zeker begint te dementeren en de gevolgen die dit voor hem en zijn omgeving heeft.

Maarten en Vera Klein wonen al jaren gelukkig in Gloucester, Massachusetts (Verenigde Staten). Langzaam maar zeker begint Maarten heden en verleden door elkaar te halen. Het begin heel klein, op het moment dat hij niet meer weet welke dag het is en op een zondag wacht tot de schoolbus langs zal komen of als hij steeds vaker in gedachten verzonken is. Langzaam maar zeker kan hij zich dingen niet meer herinneren en als hij zich iets herinnert, gaat hij volledig in die herinnering op. Zo denkt hij op een dag dat hij weer op de kleuterschool is en van de juf de potlodendoos mag halen. Hij loopt de gang door naar het materiaalhok en klimt op een stoel om de doos te gaan zoeken. Dan staat Vera plots achter hem en haalt hem uit de droom. Hij blijkt op de keukenstoel in hun washok te staan. Later geeft hij hele rare antwoorden op vragen, omdat hij net ergens anders met z’n gedachten was. Als Vera hem een keer vraagt wat hij zo lang in de keuken deed, antwoordt hij bijvoorbeeld vangstquota. Uiteindelijk gaat dit nog een stapje verder en breekt hij in bij een vakantiehuisje waar vroeger de vergaderingen van zijn bedrijf waren omdat hij denkt dat hij te laat op zijn vergadering komt. Ook vergeet hij dat mensen en dieren dood zijn en vraagt dus steeds naar hen als anderen langskomen. Een keer begint hij plotseling naar de snoepreepjes die zijn oma altijd voor hem achter in de buffetkast verstopte te zoeken.
Vera wordt steeds ongeruster en als Maarten weg begint te lopen van huis laat ze uiteindelijk een meisje, Phil Taylor, in huis wonen die op Maarten kan passen als zij weg is. Maarten vergeet echter steeds wie ze is. Eerst ziet hij haar aan voor een vriendin van zijn dochter, dan voor zijn vroegere piano juf en uiteindelijk voor zijn dochter. Ook van Vera vergeet hij soms wie ze is.

In het boek wordt ook de moeilijker wordende relatie tussen Vera en Maarten weergegeven. Een eerste beschrijving die Maarten van haar geeft (zie eerste quote, een stuk terug in dit verslag) is nog heel scherp, bij kennis. Meer op het einde heeft hij het echter over een oude vrouw, die er een beetje verfomfaaid uitziet met haar vochtig neerhangende slappe bruine krullen en haar gerimpelde hals (p. 134). Later herkent hij haar niet meer op foto’s en uiteindelijk weet hij helemaal niet meer wie ze is.

In het laatste deel van het boek weet Maarten zelf niet meer wie hij is. Eerst heeft hij het nog over “mijn spullen”, “ik kan ..” etc. Maar naarmate hij verder aftakelt begint hij in derde persoon over zichzelf te praten, om het uiteindelijk alleen nog maar over ‘het’ te hebben. Tegelijk met deze verandering in benoeming van zichzelf, trekt hij zich steeds meer in zijn hoofd terug. Hij communiceert bijna niet meer met de buitenwereld, maar denkt in onsamenhangende zinnen en fragmenten aan wat er om hem heen gebeurt. Een van de redenen hiervoor is dat hij ook steeds meer moeite met het Engels begint te hebben, en soms even de taal niet meer lijkt te verstaan. Op het laatst zijn Maartens gedachten zo onsamenhangend en fragmentarisch dat er bijna niet meer duidelijk is wat er nou met hem gebeurt. Wel weet hij op zijn sterfbed weer even wat er om hem heen gebeurt en zoekt en vindt hij Vera’s hand, al weet hij haar naam niet meer.

Bron: scholieren.com

Analyse

Thema: dementie / geheugenverlies

Motieven: Een van de motieven in het boek is de sneeuw en de winter. Al vanaf het begin van het boek zegt maarten steeds dat hij zo van slag is omdat de winters in Gloucester zo lang en koud zijn. In de laatste alinea van het boek, als Maarten sterft (?) fluistert Vera dat de lente eindelijk is aangebroken. Dit duidt op de symbolische waarde van de overgang van winter en lente: Maarten, die dement is, gaat dood en het \\'oude leven\\' is dan voorbij. Lente duidt aan dat er een nieuw, zorgeloos leven weer aanbreekt voor de andere personages.

Het tweede symbolische motief is het boek “Our Man in Havana?” van Graham Greene. Dit boek duikt op allerlei plekken in het verhaal op. Eerst ziet Maarten een ander boek van Greene liggen, en besluit in een antiquariaat de titel “Our Man in Havana?” te kopen. Even later weet hij niet meer dat het zijn boek is en denkt dat het van Vera is. Dit wel en niet herkennen herhaalt zich een paar keer, maar terwijl Maarten verder aftakelt komt het boek ook bij anderen terecht. Zo lezen o.a. Vera en Phil het uit, terwijl Maarten het nooit uit leest. Het boek is een symbolische verbeelding van de toestand van Maartens ziekte.

 

Perspectief:

Het verhaal wordt verteld vanuit een ik-perspectief, in dit geval door de hoofdpersoon Maarten. We kunnen gedurende het hele verhaal met hem, in zijn hoofd meekijken, waardoor we ook heel erg met hem meevoelen

Personages:
Maarten Klein
De hoofdpersoon in het boek is Maarten Klein. Maarten is 71 of 72 jaar, geboren in Alkmaar, maar woont al een hele tijd in Amerika. Hij werkte als notulist bij de IMCO, een visserijorganisatie, maar is inmiddels al gepensioneerd. Hij is een round-character, omdat we steeds meer over hem te weten komen, vooral over zijn verleden. Maarten is een lieve man die zijn vrouw heel graag ziet. Als hij kon dan zou hij zijn vrouw nog altijd zo verwennen zoals hij dat vroeger deed. Hij heeft nog heel jeugdige ideeën. Maarten leer je het beste kennen omdat hij het verhaal vertelt, je zit in zijn denkwereld. Op het einde is hij enorm verward en weet hij soms niet waar hij is of wat hij doet. Hij is een grote fiere man die altijd een kostuum draagt. Vroeger toen hij nog werkte heeft hij de halve wereld rondgereisd (in functie van zijn werk). Hij kan niet leven zonder zijn vrouw, maar toch heeft hij haar vroeger één keer bedrogen op zakenreis in Parijs met een hele dikke vrouw.

Vera Klein
Vera, Maartens vrouw, is een belangrijk persoon in het boek. Zij is al vijftig jaar getrouwd met Maarten en moet hulpeloos toekijken hoe Maarten aan het dementeren is. Vera en Maarten kennen elkaar door en door. Vera is een sterke vrouw, want ze hebben samen al een zware tijd doorstaan. Dan doen de eerste verschijnselen van Maartens dementie zich voor. Vera hecht hier meer waarde aan dan Maarten en schakelt dan ook een dokter in. Als het eenmaal bekend is dat het steeds slechter gaat met Maarten moet ook Vera steeds meer op Maarten letten om te zorgen dat er geen ongelukken gebeuren. Hier blijkt dat het ware liefde is en dat Vera zeer geduldig en sterk is. Als de situatie eenmaal ondraaglijk is geworden neemt Vera de beslissing dat er niets anders op zit dan een tehuis waar Maarten verzorgd zal moeten worden, omdat zij hem niet meer in de hand kan houden. Haar hele dag stond bijna in dienst van Maarten en zelfs met een extra hulp in huis kan ze niet genoeg voor Maarten zorgen, zó ernstig is hij er aan toe. Vera leer je vooral kennen door de opmerkingen van Maarten. Ze heeft een tenger maar mooi uiterlijk. Hoewel ze hard is, is ze ook wel een gevoelige vrouw. Ze heeft een normaal sociaal leven, ze heeft vriendinnen, doet zelf de boodschappen en heeft vroeger in een bieb gewerkt. Vera is een round-character.

Fred en Kitty (de kinderen Klein)
De twee kinderen, Fred en Kitty, zijn typen omdat je weinig over hen te weten komt. Zij zijn geboren in Nederland en op jeugdige leeftijd mee geëmigreerd naar Amerika. Toen ze volwassen waren hebben ze Amerika weer verlaten en zijn ze terug in Nederland gaan wonen. In Nederland leiden ze een normaal leven met kinderen.

Dokter Eardly
Dokter Eardly is een naïeve arts die denkt Maartens bewustzijn met behulp van medicijnen en rust weer te kunnen doen opflakkeren. Hij bedoelt het wel goed met Maarten. Hij komt geregeld langs en blijft in elke situatie vriendelijk. Hij is een forse man.

Phil Taylor
Phil Taylor is de gezinshulp die komt als Vera Maarten in haar eentje niet meer aankan. Maarten verwart Phil met zijn dochter en zijn pianolerares. Phil komt bij hen inwonen. Ze is zeer behulpzaam, maar nog zeer jong van mentaliteit. Ze wil erg vaak tv kijken. Het is een typisch Amerikaans meisje qua gewoontes en kleding. Ze heeft blond haar, een bol voorhoofd en ze is ietwat aan de flinke kant. Ze is een flat-character

Ellen Robbins
Ellen Robbins, een flat-character, is een vriendin van Vera die regelmatig langskomt. Ze is meer een roddeltante, maar een hele goede vriendin. Ze helpt Vera met haar problemen.

 

Tijd:

Het aftakelingsproces van Maarten speelt zich in een medisch niet erg waarschijnlijk kort tijdsbestek af, vanaf de eerste tekenen van vergeetachtigheid tot en met de totale dementie die het noodzakelijk maakt Maarten in een inrichting op te nemen. Gewoonlijk duurt het dementeren veel langer.

Er zijn steeds gedachtesprongen en flashbacks en vaak eindigen die dan dat de hoofdpersoon iets raars doet of nog verder in de war raakt. Dus vaak als de hoofdpersoon in gedachten verzonken raakt, ben je benieuwd naar wat er gaat gebeuren.

Einde van het boek: Het boek heeft een gesloten einde want Maarten sterft nadat hij in een tehuis heeft gezeten. Wat je aan hebt zien komen omdat hij steeds verder aftakelde.

Ruimte:
Het boek speelt zich af in een achteraf gelegen dorp (Gloucester) in Amerika, waar de familie naartoe is geëmigreerd. En waar Maarten het niet meer herkent omdat het gesneeuwd heeft.

Bron: scholieren.com

Eigen mening:

Ik vond het verhaal op het begin best wel goed te lezen, omdat het gaat over dementie en dat vind ik een best interessant onderwerp maar hoe verder ik in het boek kwam hoe ingewikkelder het eigenlijk werd door de verwarde zinnen en gedachtes van Maarten, en daardoor vond ik het ook saaier om te lezen. In het begin van het boek vond ik het ook juist leuk om te merken hoe Maarten denkt. Maar op het einde snapte ik echt helemaal niets meer van wat hij bedoelde of wat de schrijver ermee probeerde over te brengen. Hier kwam ik later pas achter toen ik me meer in het boek verdiept heb.