Werkprocessen

D1-K1: Verzamelt informatie, gegevens en content

De beginnend beroepsbeoefenaar hanteert een standaard werkwijze bij het verrichten van eenvoudige en routinematige handelingen bij het inwinnen van digitale informatie. Hij zal steeds dezelfde stappen doorlopen. Hij werkt op een gestructureerde wijze, maar de inhoud van zijn werk en de bronnen kunnen wisselen en internationaal van aard zijn. Voor het uitvoeren van de werkzaamheden zijn basiskennis en -vaardigheden nodig bij het verzamelen van informatie, gegevens en content. Het kunnen reflecteren op zijn mediagebruik en op de betrouwbaarheid van informatie is voor hem vrij complex. Hier kunnen makkelijk fouten worden gemaakt. Zo mogelijk zal hij om ondersteuning vragen, maar omdat zijn werkplek kan variƫren (grote, kleine organisatie, zelfstandige), hangen de mogelijkheden tot reflectie en overleg er van af van waar hij werkt.
 
D1-K1-W1: Wint digitale informatie in
De beginnend beroepsbeoefenaar verzamelt en interpreteert informatie (zoals tekeningen, schema's, logboeken, handboeken, handleidingen, procedures, informatie op internet etc.) ten behoeve van zijn werkproces. Hij bepaalt wat hij wilt zoeken, hoe en waar hij gaat zoeken en houdt dit bij. Hij gebruikt een bron en zoekt in een bron. Hij selecteert informatie uit de bron. Ten behoeve van verder gebruik downloadt hij informatie, slaat deze op en drukt deze af.
 
D1-K2: Produceert informatie/content
De beginnend beroepsbeoefenaar hanteert een standaard en gestructureerde werkwijze bij verrichten van eenvoudige en routinematige handelingen rondom het produceren van informatie. Voor het uitvoeren van de werkzaamheden zijn basiskennis en vaardigheden nodig bij het produceren van informatie/content.
Zijn werkplek kan variƫren, dit hangt er van af waar hij werkt: in een grote of kleine organisatie of als zelfstandige voor zichzelf. Het produceren van informatie kan ook internationaal zijn. Hij heeft te maken met een afbreukrisico doordat hij te maken heeft met het imago van zijn bedrijf of organisatie en risico's op het gebied van digitaal uitwisselen van gegevens.
 
D1-K2-W1: Stelt content samen
De beginnend beroepsbeoefenaar verwerkt tekstuele content op basis van ingewonnen informatie, concepten, instructies van een opdrachtgever of eigen aantekeningen. Hij stelt documenten op, stelt deze samen, voegt onderdelen toe en voegt samen. Hij verzorgt de basisopmaak en gebruikt hierbij speciale functies. Hij controleert de verwerkte teksten. Tot slot drukt hij af.
 
D1-K2-W2: Deelt informatie/content
De beginnend beroepsbeoefenaar deelt informatie/content via een medium (denk aan social media, e-mail, een agenda-afspraak,
een online chatsessie, etc.) met een ontvanger of een online gemeenschap. Hij selecteert de informatie/content die hij wil delen, verzenden of publiceren. Hij deelt de informatie/content/gegevens met de ontvanger/online gemeenschap, controleert zijn werk en voorziet deze zo nodig van informatieve of audiovisuele elementen of van bijlagen. Hij gaat na of er reacties zijn van de ontvanger of de online gemeenschap. Hij reageert of reacties van de ontvangers en neemt deel aan discussies met ontvangers en de online gemeenschap.
 
D1-K3: Beheert informatie/content
De beginnend beroepsbeoefenaar hanteert een standaard en routinematige werkwijze bij het verrichten van eenvoudige en routinematige handelingen bij het beheren van informatie/content. Hij zal steeds dezelfde stappen op een gestructureerde manier doorlopen. Voor het uitvoeren van de werkzaamheden zijn basiskennis en -vaardigheden nodig bij het beheren van
informatie/content. Er is een afbreukrisico bij het beheren van informatie/content. Het verkeerd indelen of vernietigen van informatie kan leiden tot onvindbaarheid.
 
D1-K3-W1: Deelt informatie in
De beginnend beroepsbeoefenaar deelt informatie (documenten, bestanden, beeld en geluid etc.) in. Dit doet hij door te bepalen wat zijn opdracht is. Dan registreert hij informatie, deelt hij informatie in of slaat deze op en voegt hij de benodigde gegevens over de herkomst (auteur, tijdstip of jaar, organisatie) en gegevens over de inhoud toe. Hij ordent zo nodig de informatie in het systeem. Hij signaleert ontbrekende informatie en zoekt naar een oplossing. Hij controleert zijn werk. Tot slot slaat hij duurzaam op en drukt hij zo nodig af.