FIRST WATCH THE VIDEO AND THEN MAKE THE TEST:
1 VIDEO UITLEG: https://www.youtube.com/watch?v=hJzrqv2JIJM
2 MEER UITLEG
Vraagwoord |
Vertaling |
Gebruik |
Example |
Who |
wie? |
vraagt naar personen |
Who is that man over there? |
Whose |
van wie? |
vraagt naar personen als het om bezit gaat (van wie) |
Whose wallet is this? |
What |
wat? |
vraagt naar dingen (en dieren) |
What would you like to ordert? |
When |
wanneer? |
vraagt naar een tijdstip |
When did you ask her out? |
Where |
waar? |
vraagt naar een plaats |
Where did they spend their holiday? |
Which |
welke? |
vraagt naar personen en dingen bij een keuze van 2, beperkte keuze |
Which one do you like more? The blue or the red coat? |
Why |
waarom? |
vraagt naar een reden |
Why are they acting so strange? |
How |
hoe? |
vraagt naar een manier |
How do you spell his name? |
TEST: