Geluid kan heel hinderlijk zijn. Het is wel zo dat de een eerder door bepaalde geluiden gehinderd wordt dan de ander. Lawaai van vliegtuigen, het geraas van het verkeer en geluidsoverlast van buren ervaren veel mensen als hinderlijk.
Tegen geluidshinder kan op verschillende manieren wat gedaan worden:
- Bij de bron. Vliegtuigmotoren worden zo ontworpen dat ze zo weinig mogelijk lawaai maken. Snelwegen worden geasfalteerd met geluidsarm asfalt. Ook worden er geluidswallen en geluidsschermen langs snelwegen aangebracht. Omdat geluidswallen en geluidsbescherming bij de weg horen, worden ze door de regering als maatregel bij de bron gezien.
-Tussen de bron en ontvanger. Langs snelwegen zijn zones aangegeven waarin geen nieuwe huizen mogen worden gebouwd. Deze zones liggen tussen de bron (het verkeer) en de ontvanger (de mensen in de woonwijken verderop). Buiten deze zones mag de gemiddelde geluidssterkte overdag niet hoger zijn dan 50 dB (A).
- Bij de ontvanger. Huizen die te dicht bij een vliegveld staan, worden extra goed geïsoleerd; er kan dan veel minder geluid de huizen binnenkomen.
Geluidsisolatie:
Geluidshinder wordt vaak bestreden met geluidsisolatie. Huizen kunnen bijvoorbeeld geïsoleerd worden door dubbele beglazing aan te brengen.
Als een machine op een harde vloer staat, kan hij de vloer makkelijk in trilling brengen. de trillingen kunnen door de vloeren en muren alle kanten op bewegen. Dat kan veel geluidshinder veroorzaken. Je kunt de machine van de vloer isoleren door hem op rubberen doppen te zetten. Het rubber dempt de trillingen. De trillingen in de vloer worden daardoor veel zwakker.
Absorberen en terugkaatsen:
Geluid kun je laten verdwijnen in een geluiddempend materiaal. Het geluid wordt dan geabsorbeerd door het materiaal. Materiaal dat geluid moet absorberen, is zacht en heeft een ribbelig oppervlak. Daarom wordt nopjesschuim veel als geluidsisolerend materiaal gebruikt. Ook een dikke aarden wal langs de snelweg is een voorbeeld van een geluidsabsorberende maatregel.
Soms is er niet voldoende ruimte voor een dikke aarden geluidswal. In dat geval wordt er vaak een geluidsscherm langs de snelweg geplaatst. Geluid kan, net als licht, worden teruggekaatst. Een geluidsscherm kaatst het geluid schuin omhoog; het geluid gaat dan over de bebouwing langs de snelweg heen. Materiaal dat geluid moet terugkaatsen, is hard en heeft een glad oppervlak.
Schadelijk geluid:
Harde geluiden kunnen je gehoor beschadigen. Vanaf 80 dB is er kans op gehoorschade. Hoe groter de geluidssterkte, des te groter de kans op gehoorbeschadiging. Geluid van 120 dB is dus veel schadelijker dan geluid van 90 dB.
Of je gehoorschade oploopt, hangt niet alleen af van de geluidssterkte. Ook de tijdsduur dat je aan het geluid blootstaat, is van belang. Geluid van 86 dB is niet meteen schadelijk voor het gehoor. Maar als je er meer dan twee uur per dag aan blootstaat, is er wel een risico.
Rekenen met decibel:
Met de decibelschaal is iets bijzonders aan de hand. Dit merk je als je in een muzieklokaal de geluidssterkte gaat meten. Als er één leerling zicht, schommelt de geluidssterkte rond de 55 dB. Als er 32 leerlingen zingen, zou je verachten dat de geluidssterkte 32 keer zo groot wordt. Maar dat is niet zo; je meet slechts een geluidssterkte van 70 dB.
Als het aantal geluidsbronnen 32 keer zo groot wordt, wordt de geluidssterkte dus niet 32 keer zo groot. Hoe groot de geluidssterkte wel wordt, kun je berekenen met de volgende rekenregel:
Als het aantal geluidsbronnen twee keer zo groot wordt, neemt de geluidssterkte met 3 dB toe.
Dus:
één leerling = 55 dB
twee leerlingen = 58 dB
vier leerlingen = 61 dB
Kijk deze filmpjes over reflectie en absorptie van geluid:
https://www.youtube.com/watch?v=59Rs135rzHk