Een lijdend voorwerp kan in de zin staan, maar dit hoeft niet altijd zo te zijn. Er kan maximaal één lijdend voorwerp in een zin voorkomen. Het lijdend voorwerp ondergaat de handeling. Je kunt het lijdend voorwerp uit een zin halen door de vraag te stellen:
Wie/wat + werkwoordelijk gezegde + onderwerp?
Even een voorbeeldje:
Anouska geeft Angela een cadeau.
Wat geeft Anouska?
Een cadeau. En dus is een cadeau het lijdend voorwerp.