Vooraf
De leerdoelen van de opdracht bewegen.
Na deze opdracht kun je:
- twee manieren beschrijven waarop botten met elkaar verbonden zijn.
- de twee onderdelen van een gewricht en de functies ervan benoemen.
- het kogel-, rol- en scharniergewricht van elkaar onderscheiden.
- aangeven wat de werking van spieren en gewrichten is.
- omschrijven wat willekeurige en onwillekeurige spieren zijn.
- omschrijven wat dwarsgestreepte en gladde (langgerekte) spieren zijn.