Rivieren vormen het landschap
Rivieren vormen landschappen en bepalen daardoor hoe die rivierenlandschappen eruit zien. In de bovenloop vormt de rivier het landschap op een andere manier dan in de benedenloop. Dit komt onder andere door de stroomsnelheid van een rivier. Nederland ligt in de benedenloop van de gemengde rivier de Rijn en de regenrivier de Maas. We gaan kijken hoe beide rivieren het Nederlandse landschap hebben gevormd.
Het rivierenlandschap
Bekijk deze video over het ontstaan van het rivierenlandschap en bekijk deze afbeelding.
Voordat er dijken langs de rivieren gebouwd werden, had de rivier nog alle mogelijkheden om de rivierloop te bepalen. Doordat de rivier tijdens een piekafvoer kon overstromen werden sedimenten naast de rivier neegelegd. Direct naast de rivier werden de zwaardere sedimenten neegelegd, zoals zand. Verder van de rivier vond sedimentatie van klei plaats. Het zand wat direct naast de rivier kwam te liggen vormden een soort van natuurlijke dijken. Dit zijn de oeverwallen. Als de oeverwallen hoog genoeg waren was het een veilige plek om te wonen. Op de oeverwallen werden dan ook dorpen gebouwd. Het gebied achter de oeverwallen heet de komgronden. In deze komgronden vind je klei. Klei heeft een slechte doorlaatbaarheid. Dat betekent dat water er niet makkelijk doorheen kan sijpelen. De komgronden zijn dan ook natte en drassige gebieden. Ze liggen een stuk lager dan de rivier en de oeverwallen. Dit komt doordat de klei is ingeklinkt. De komgronden waren niet geschikt om te wonen of om landbouw te bedrijven. De komgronden werden dan ook gebruikt om het vee te laten grazen. Tegenwoordig worden de komgronden ook gebruikt om te wonen. Door verbeterde bouwtechnieken kunnen we ook op de sompige klei bouwen. Maar ideaal is het vaak nog niet.
Bekijk onderstaande video.
De invloed van de mens op het rivierenlandschap
Om het land beter te beschermen tegen de hoge waterstanden in de rivieren legden mensen dijken aan. Hierdoor konden de rivieren niet alleen meer overstromen, maar konden ze ook hun loop niet meer verleggen.
Bekijk onderstaande video.
Direct naast de rivier werden lage dijken aangelegd, de zomerdijken. Deze dijken beschermen de mensen tijdens de zomermaanden voldoende voor het water. Maar in de wintermaanden hebben de rivieren in Nederland meer ruimte nodig. De waterstanden zijn dan zo hoog dat de zomerdijken niet voldoende bescherming bieden. Een stuk verder landinwaarts werden daarom winterdijken gebouwd. Deze winterdijken zijn hoger en breder dan de zomerdijken. Het gebied tussen de zomerdijk en de winterdijk heet de uiterwaarden. Bij hoge waterstanden biedt de uiterwaard mogelijkheid voor de rivier om te overstromen, zonder dat hierdoor mensen in gevaar komen.
Bekijk de onderstaande video.
Op de onderstaande afbeelding zie je twee dwarsdoorsneden van een rivier - één in de zomer en één in de winter.