Je gaat een gesprek voeren met je docent. De docent gaat een paar vragen stellen. Jij geeft antwoord op de volgende vragen:
Hoe vaak en hoelang kijk je televisie?
Naar welke programma´s gaat je voorkeur uit? Waarom?
Kijk je ook naar Duitse zenders? Welke?
Wat zijn voordelen van televisie?
Kun je ook nadelen noemen? Welke?
Welke activiteiten kunnen een alternatief zijn voor televisie kijken?
Kijk voor jezelf welke woorden je nodig denkt te hebben om hier een gesprek over te kunnen voeren. Natuurlijk mag je ook gebruik maken van de woorden die in de