Als men een systeem van kwaliteitsborging gaat invoeren of het in werking wil blijven houden, is het belangrijk dat:
1. begrip hebt voor het belang van keurmerken en kwaliteitsborging
2. kennis hebt over de keten en het keurmerk.
Het eerste heb je nu hopelijk wel als je de andere taken goed uitgevoerd hebt.
In deze taak ga je aan de slag met het 2e aandachtspunt.
DOEN
Beschrijf uit welke schakels de totale keten bestaat voor het door jouw gekozen keurmerk? Met totale keten wordt bedoeld: vanaf de teelt van grondstoffen of zaad tot en met het product wat in de winkel kom te liggen voor de consument.
Beschrijf wat het doel is van het door jou gekozen ketenkeurmerk. En wat het nu is om aan dit keurmerk mee te doen.
Jouw leerbedrijf heeft ook te maken met toeleveranciers en afnemers van producten (voer, fokmateriaal, melk, dieren). Ook die bedrijven hebben met protocollen te maken. Beschrijf in grote lijnen (globaal dus) de belangrijkste kenmerken/eisen zijn voor alle andere schakels in de keten.
Beschrijf waaraan het veehouderijbedrijf moet voldoen volgens dit keurmerk?
Hoe wordt dit gecontroleerd?
Is er een bestaand protocol beschikbaar of moet je dat zelf maken?
Vermeld de bronnen, die je hebt geraadpleegd? Geef dus aan waar of bij wie (welke organisaties) je de informatie gehaald hebt.
Gebruik de informatie voor in het verslag, met name bij H7.
CHECK
Je hebt informatie verzameld over de totale keten waarbinnen je leerbedrijf produceert. Je leerbedrijf is dus één van de schakels in die keten.