Stap 1

Produceren
Bestudeer uit de Kennisbank het volgende onderdeel.

KB: Produceren

Bekijk de afbeelding hiernaast.

  1. Wat wordt met de afbeelding weergegeven?


Lees nu de volgende vier zinnen.
Geef per zin aan welke productiefactor en welke beloning je herkent.

  1. Aan het eind van de maand ontvangt een leraar zijn salaris.
  2. De boer verhuurt een stuk land aan een campinghouder.
  3. De winkelier leent € 3000,- om een nieuwe toonbank te kopen.
  4. Joost en Irma hebben met het verkopen van zelfgebakken appeltaartpunten
    € 30,- verdiend.