Controle POP
2.1 Wat wil je bereiken? Aan welke eisen moet je voldoen, vanuit studie of werk?
• Waar sta je nu? Waar ben je sterk in?
• Wat moet er beter?
• Wat wil je ontwikkelen?
• Welke acties ga je ondernemen?
• Welke hulp heb je daar bij nodig, denk je?
• Hoeveel tijd ga je aan de acties besteden?
• Wie kan de voortgang in de gaten houden, denk je?
• Hoe realistisch vind je jouw POP?
Controle PAP
2.2 Wat wil je bereiken of verbeteren?
2.3 Situatie
Heb je een opdracht gedaan of een handeling uitgevoerd? Door even terug te kijken kun je jezelf bijsturen en verbeteren. Dat wordt ‘reflectie’ genoemd. Vraag je iemand anders om uitspraken te doen om de door jou uitgevoerde handeling de volgende keer beter te doen, dan hebben we het over ‘feedback’.
Feedback is iets anders dan kritiek of een beoordeling. Iemand persoonlijk afbranden? Niet de bedoeling van feedback. Goede feedback stelt de ontvanger in staat er iets mee te doen. Feedback verzonden? Mooi. Je kunt de ontvanger altijd vragen wat zijn ideeën hierover zijn, zodat hij zelf verbeteringen kan aanvullen.
Voor degene die feedback ontvangt, is het wel zo prettig als hij/zij weet waar de feedback precies over gaat. Dus geef je feedback, wees dan duidelijk en concreet. Houd het zakelijk, maar wel opbouwend. Succes!
Beschrijf de situatie
Op welke handeling heeft je feedback/reflectie betrekking?