Tessa gaat heel gemakkelijk met haar geld om. Ze denkt er niet bij na als ze het uitgeeft. Ze komt vaak onverwacht geld te kort. Daarom wil Tessa meer controle over haar uitgaven. Ze gaat een budgetplan maken. Een budgetplan is een overzicht van hoe je kan rondkomen van je geld. Tessa rekent eerst haar gemiddelde inkomsten per maand uit, zodat ze weet wat ze kan uitgeven.
Soorten uitgaven
Tessa rekent haar gemiddelde maandinkomen uit en gaat dan budgetten opstellen (afb. 1). Een budget is het bedrag dat beschikbaar is voor een bepaald soort uitgaven. Dagelijkse uitgaven zijn huishoudelijke en persoonlijke uitgaven zoals de boodschappen en de kapper. Vaste lasten zoals abonnementen komen regelmatig terug. Incidentele uitgaven zijn de uitgaven die niet regelmatig voorkomen, zoals de reparatie van je fiets.

Het sorteren van de uitgaven
Tessa gaat uit van drie budgetten;
Welke uitgave hoort bij welk budget?

Het sorteren van de uitgaven is nodig, anders kan Lisa de hoogte van de budgetten niet vaststellen.
De hoogte van de budgetten
Tessa telt al haar dagelijkse uitgaven van de laatste drie maanden bij elkaar op;

Dat bedrag wordt haar budget per maand voor de dagelijkse uitgaven. Ze wil niet meer dan dit budget uitgeven. Op dezelfde manier rekent ze ook de andere budgetten uit.
Schuiven met bedragen
Lisa heeft haar gemiddelde inkomsten en haar gemiddelde uitgaven uitgerekend. Daaruit blijkt dat ze geld overhoudt.

Ze kan nu haar inkomsten en uitgaven op elkaar afstemmen. Dit noem je budgetteren.
Ze kiest ervoor niets te veranderen, en het overschot te laten staan
Een blijvend tekort
Het inkomen van Tessa daalt omdat ze minder gaat werken. Ze moet nu budgetteren, want ze komt geld te kort.
Ze moet bepalen welke uitgaven ze belangrijk vindt en welke minder belangrijk. Ze gaat prioriteiten stellen.
Ze besluit het budget voor de dagelijkse uitgaven te verlagen en minder te sparen. Zo kan ze het tekort opvangen.
