Stel je voor dat je in 1953 als 13-jarige in Zeeland woonde. Je hebt een fijne dag gehad en gaat lekker slapen. Opeens word je door je ouders uit bed geroepen; de dijken zijn doorgebroken! Je kijkt uit je raam en ziet razendsnel het water naar je toe komen.
Je mag uit twee mogelijkheden kiezen om deze opdracht te verwerken:
Optie 1: Dagboek
Optie 2: Brief
Je hebt voor deze opdracht ongeveer 1,5 les de tijd.
Bekijk voordat je de opdracht uitvoert eerst eens waar je op beoordeeld wordt en volg daarnaast de werkwijze (zie menu). Je mag de opdracht uitwerken in Word, maar als je liever schrijft mag dat ook. De opdracht moet op papier worden ingeleverd bij de docent.