Vul het vak van de placemat in dat voor jou ligt. Ieder vult dus één deel van de placemat in.
Draai de placemat, zodat je een ander vak voor je hebt liggen. Kijk wat je voorganger heeft ingevuld en vul zo nodig aan.
Herhaal dit totdat je je eigen vak weer voor je hebt liggen.
Bespreek met elkaar het resultaat: hebben jullie nu een goed beeld van de argumentatie in de tekst?
Bekijk met elkaar de argumenten. Welke zijn nevenschikkend en welke zijn onderschikkend? Nummer de nevenschikkende argumenten 1, 2, 3, enzovoort. Geef de onderschikkende argumenten het nummer van hun hoofdargument en nummer dan door, bijvoorbeeld 2.1, 2.2, enzovoort.