Goden

De Romeinse goden

De Romeinen aanbaden een hoop goden en godinnen. Een aantal van de belangrijkste Romeinse goden waren op den duur steeds meer op de Griekse goden gaan lijken. Een paar goden kwamen zelfs rechtstreeks uit de Griekse cultuur en net als bij de Grieken wonen de belangrijkste Romeinse goden op de berg Olympus, in Griekenland.

JupiterJupiter. De oppergod en god van de hemel, lucht en het onweer. Hij is de grootste en machtigste, de koning van het godenrijk. Maar hij is ook een beruchte vrouwengek! Jupiters symbolen zijn de adelaar en de bliksem. Op sommige afbeeldingen had hij een rood gezicht. Zijn Griekse vorm is Zeus.

JunoJuno. De vrouw van Jupiter en godin van het huwelijk. Ze is de koningin van het godenrijk, maar is uiteraard vaak erg jaloers als Jupiter weer eens een andere dame probeert te versieren. Ze is te herkennen aan haar diadeem, haar scepter en de pauw. Haar Griekse vorm is Hera.

 

Mars. De woeste god van de oorlog en de zoon van Jupiter en Juno. Hij is een erg belangrijke god voor de Romeinen. Meestal wordt hij afgebeeld in een wapenrusting en de kleur rood hoort ook bij hem. Hij heeft stiekem een oogje op Venus. Zijn Griekse vorm is Ares.

VenusVenus. De beeldschone godin van de liefde. Als mooiste godin is ze getrouwd met Vulcanus, de lelijkste god. Ze wordt vaak naakt afgebeeld, bij een grote schelp omdat ze uit het schuim van de zee geboren is. Toch wordt ze als een dochter van Jupiter gezien. Haar Griekse vorm is Aphrodite.

 

 

AmorAmor. God van de liefde, ook wel Cupido genaamd.  Zoontje van Venus, vaak afgebeeld als een gevleugeld jongetje met pijl en boog. Met die pijlen maakt hij mensen verliefd op elkaar, soms puur van zijn plezier, wat wel eens ellende veroorzaakt. Zelfs de goden zijn er namelijk niet veilig voor! Misschien is Mars, die ook veel ellende kan aanrichten, zijn vader dus wel… Amors Griekse vorm is Eros.

Neptunus. God van de zee. Neptunus is een norse god die je maar beter te vriend kunt houden. Met zijn grote drietand kan hij aardbevingen veroorzaken door op de zeebodem te slaan. Vaak wordt hij afgebeeld op een zegewagen getrokken door dolfijnen. Zijn Griekse vorm is Poseidon.

 

 

 

Mercurius. De boodschapper van de goden en god van de reizigers, handelaren en dieven. Zoon van Jupiter en Juno. Hij is een echte schelm, te herkennen aan zijn gevleugelde schoenen en helm en zijn bijzondere staf.

 

 

 

 

 

 

 

 

ApolloApollo. God van de muziek en de levensvreugde, vaak afgebeeld met een lier en een lauwerkrans. Tweelingbroer van Diana en zoon van Jupiter en Latona. Hij is vaak de redder in nood, maar kijk wel uit voor zijn pijlen, waarmee hij voor straf de pest kan verspreiden! Apollo komt oorspronkelijk uit Griekenland, waar zijn orakel stond in de stad Delphi. Als Phoebus Apollo was hij voor de Romeinen ook een zonnegod.

 

 

 

 

 

 

 

WIST JE DIT AL?

Veel Romeinse goden hadden oorspronkelijk een andere betekenis dan ze later kregen. Mars was bijvoorbeeld eerst een god van vruchtbaarheid. Later maakten de Romeinen kennis met de Griekse cultuur. Omdat zij een verband legden tussen de Griekse en Romeinse goden, gingen de Romeinse steeds meer op de Griekse lijken. Toch bleven sommige Romeinse goden net iets anders dan de Griekse versie.Oorspronkelijk hadden de oudste Romeinse goden geen gedaante en stond er dus geen beeld in de tempels. Ze waren meer een soort onpersoonlijke machten. Door de versmelting met de Griekse goden kregen ze wel een persoonlijkheid, want de Griekse goden werden heel menselijk voorgesteld. Ze konden zelfs hebzuchtig, verliefd of jaloers zijn. Er waren enorm veel goden. Veel meer dan de allerbelangrijkste die je hier ziet. Bovendien maakten de Romeinen in nieuw veroverde gebieden kennis met de godsdiensten daar en vonden zij die ook wel interessant. Sommige goden werden met Romeinse goden vergeleken, terwijl ze apart vereerd werden.

 

Gezichtjes3FOUT!

De Romeinse goden dragen natuurlijk niet de naam van de planeten, maar andersom: de planeten zijn naar Romeinse goden genoemd. Geen wonder dat Jupiter de grootste is en Mars een rode kleur heeft. De Romeinse goden worden door ons soms iets te simpel in goed en slecht ingedeeld. Maar dat goden humeurig waren of over de dood gingen, maakte hen nog niet echt slecht, anders werden ze immers ook niet aanbeden. En ook meer sympathieke goden konden wel eens rottigheid uithalen. Het was net een soapserie! Ook de goden waren niet almachtig. Er waren krachten waar zelfs de oppergod zich niet aan kon onttrekken. Eén daarvan was de liefde. Een andere onontkoombare kracht was het noodlot.