Sporters moeten erg letten op hun voeding.
Koolhydraten zijn bijvoorbeeld erg belangrijk, omdat ze er veel energie van krijgen.
Noteer wat de schaatser eet.
Leg uit dat koolhydraten als energiebron de voorkeur verdienen boven vetten en eiwitten.
Wat zal het gevolg zijn voor de prestatie van de schaatser wanneer tijdens de race de glycogeen voorraad geheel is uitgeput?
Door een bepaalde trainingsopbouw, gecombineerd met een dieet, is het mogelijk de glycogeenvoorraad in de spieren te verhogen tot 800 gram.
Is dit voor een marathonschaatser (70kg) voldoende voor een marathon (ruim 41 km) van 52 minuten?
Na een intensieve prestatie zijn de glycogeenreserves nagenoeg uitgeput.
Bij een normale voeding duurt het wel even voordat de reserves zijn aangevuld.
Hoe kan hij het sneller weer in orde krijgen?
Welke voedingsmiddelen zijn hiervoor geschikt?
Om de glycogeenvoorraad tijdens de wedstrijd aan te vullen, worden sportdrankjes gebruikt.
Bekijk het filmpje:
Beantwoord daarna de volgende vragen:
Welke twee typen sportdrankjes worden onderscheiden?
Waaruit bestaat energiedrank?
Voor wie zijn de sportdrankjes echt geschikt?
En voor wie niet? Welke risico’s brengt dit met zich mee?
Leg je antwoord uit.
Opdracht 2 Vegetariër in het peloton
Luister naar het radiofragment en bekijk het filmpje:
Wat eet een vegetariër wel en wat niet? Vergelijk dit met een veganist.
Welke voedingsstoffen krijgt Maarten in vergelijking met collega wielrenners minder binnen?
Welke voedingsmiddelen neemt hij (waarschijnlijk) ter vervanging?