Kruisen

Fokkers houden zich bezig met de voorplanting van dieren. Hierbij letten ze goed op de verschillende erfelijke eigenschappen van dieren. De taak van de fokker is, om ervoor te zorgen dat de oudere dieren nakomelingen krijgen, met speciale eigenschappen zoals haarkleur of een groter dier.
Fokkers doen dit door dieren met elkaar te kruisen, hierbij planten twee organisme die één of meer eigenschappen verschillen van elkaar, geslachtelijk voort.

Vaak zijn er meer dan één genenpaar betrokken bij het kruisen van dieren, maar voor deze uitleg over kruisen kijken we naar kruisingen waarbij maar één genenpaar word gebruikt (Bos, Bos-van der Avoort, Melchers, & van der Velde).

Om er achter te komen hoeveel procent van de nakomelingen de gewenste eigenschap heeft gebruiken fokkers vaak een kruisingsschema. Hoe je zo’n kruisingsschema maakt en afleest word uitgelegd in het filmpje hieronder.

https://www.youtube.com/watch?v=1LDuwM8uwTU

Hieronder vind je nog eens het stappenplan wat je nodig hebt om een kruisingsschema te maken.

  1. Bedenk wat het fenotype en genotype van de ouders zijn.
  2. Bedenk welke genen er in de geslachtscellen van beide ouders voor zullen komen. (bijvoorbeeld vrouwtje A x A en mannetje a x a)
  3. Stel vast welk genotype en fenotype de nakomelingen(F1) kunnen hebben.
  4. Stel vast welk genotype en fenotype F2 kunnen hebben.