De koe heeft geen eetlust en is weinig actief. De oren zijn vaak koud. Door het calciumtekort in het bloed functioneren onder meer de skeletspieren niet meer goed. Daardoor kan de koe niet meer opstaan. Ook de spieren in de verschillende organen, zoals de baarmoeder, de pens, het hart en de darmen, voeren hun functie niet meer goed uit. Er komt geen mest of urine meer. Er kan trommelzucht optreden, doordat de pensbewegingen stoppen. Een deel van de koeien met melkziekte, zo’n 8 procent, gaat dood aan de ziekte.