Toets

Doelen:

 

Lesactiviteiten: Uitleg toets, maken toets.

Materialen leerkracht: Digibord met daarop de toets geopend.

Materialen leerling: Chromebooks.

Tijdsduur: 30 minuten

Benodigde voorkennis: Kennis over de verschillende lagen en functies van de huid (les 1 en 2) en kennis over de beschadigde huid en bijbehorend functieverlies (les 3).


Inleiding (5 minuten)

Refereer kort naar de lesdoelen die behandeld worden in de toets. Introduceer vervolgens de toets op de chromebook. Leg uit waar ze de toets kunnen vinden en vertel uit welk soort vragen de toets bestaat (meerkeuze, open tekst, volgorde, hotspot, sleep tekst). Vermeld daarbij dat de leerlingen 25 minuten de tijd hebben om de toets te maken.

Leskern (25 minuten)

De kinderen gaan zelfstandig aan de slag met de toets. U mag geen inhoudelijke vragen beantwoorden van de leerlingen. Let erop dat leerlingen niet afkijken.

Afsluiting

Er is vandaag geen afsuiting. Als de leerlingen klaar zijn met de toets kunt u beginnen met nakijken. Het antwoordmodel staat hieronder gegeven.


Antwoordmodel

1. Opperhuid, lederhuid, onderhuid.

    1 punt als alle drie de antwoorden juist zijn.

2. Eerste tekstgat: opperhuid

    Tweede tekstgat: lederhuid

    Derde tekstgat: onderhuid

    1 punt als alle drie de antwoorden juist zijn.

3. De hoornlaag is de bovenste laag van de opperhuid en bestaat uit dode huidcellen.

    1 punt als in ieder geval de twee dikgedrukte begrippen juist worden gebruik.

4. Haarzakje, zweetklieren (x2), de opperhuid op juiste plaats in het plaatje.

    2 punten bij vier goede antwoorden.

    1 punt bij drie of twee goede antwoorden.

    0 punten bij één of geen goede antwoorden.

5. Temperatuurregeling, bescherming, zintuigen.

    1 punt als alle drie de antwoorden juist zijn.

6. A. Zintuigen.

    2 punten bij het juiste antwoord.

7. B. Bacteriën en schimmels/uitdroging/beschadiging/UV-straling.

   1 punt bij het juiste antwoord.

8. Goede volgorde: derdegraads-, tweedegraads-, eerstegraads brandwond (links naar rechts).

    1 punt voor de goede volgorde.

9. Eerste tekstgat: vuil in de wond

    Tweede tekstgat: opperhuid

    Derde tekstgat: een duidelijke begrensing

    Vierde tekstgat: bloedverlies

    1 punt als alle antwoorden juist zijn.

10. Er zijn hier meerdere antwoorden juist. Voorbeeld van een goed antwoord: Door kokend water uit de waterkoker loop ik een 2e graads brandwond op. De huid is beschadigd tot de lederhuid en er ontstaan blaren.

    2 punten als de leerling de gevaarlijke situatie, soort brandwond en uiterlijk vertoon van de brandwond correct        heeft beschreven.

    1 punt als de leerling twee van de drie begrippen (situatie, soort brandwond, uiterlijk brandwond)correct heeft beschreven.

     0 punten als de leerling één of geen van de drie begrippen (situatie, soort brandwond, uiterlijk brandwond)correct heeft beschreven.

11. C. Kijken of je zelf veilig bent - De wond koelen met lauw water - Niets op de wond smeren.

    2 punten als het antwoord juist is.