Voorkennis

De stelling van Pythagoras gaat letterlijk over het optellen van oppervlaktes (kwadraten). Echter is uiteindelijk de bedoeling om de zijden van een (rechthoekige!) driehoek te berekenen. Om met deze stelling te kunnen werken moet je dus getrouwd zijn met twee rekenkundige bewerkingen, namelijk: machtsverheffen en worteltrekken. We gaan dus eerst de kennis van deze rekenkundige bewerkingen ophalen.

Let op! Worteltrekken is het omgekeerde van kwadrateren!

 

Machtsverheffen

Machten worden voornamelijk gebruikt om berekeningen snel uit te voeren of om formules korter te schrijven.

2 x 2 x 2 x 2 x 2 x 2  kun je korter schrijven, namelijk: 2 x 2 x 2 x 2 x 2 x 2 =

is een macht.

= 64

spreek je uit als twee-tot-de-zesde of twee-tot-de-zesde-macht.

In is 2 het grondtal en 6 de exponent.

Voorbeelden:

= 6 x 6 = 36

= -(6 x 6) = -36

= -6 x -6 = 36

Een macht slaat alleen op het getal en/of teken dat voor de macht staat. Bij slaat de macht dus op alles wat tussen de haakjes staat!

 

Worteltrekken

Soms staan er berekeningen onder het wortelteken. Je moet dan eerst die berekeningen maken. Daarna trek je de wortel. Hierbij moet je niet vergeten dat worteltrekken het omgekeerde is van kwadrateren!

spreek je uit als wortel 36, de wortel uit 36 of de wortel van 36.

 

Voorbeelden:

= 2 x 10 = 20