Bewijsstuk 1 Profiel
Welke eigenschappen bezit ik?
Zorgzaam
Ik denk dat mijn zorgzaamheid perfect past bij het werken in de zorg. Ik vind het belangrijk dat mensen zich goed voelen en ik zet dan ook graag een stapje bij als ik vind dat dat nodig is. Ik doe graag dingen voor andere mensen en vooral de mensen die dat nodig hebben zoals binnen mijn doelgroep. Ik zou de zorg voor andere mensen belangrijker vinden dan de zorg voor mezelf. Dit kan tevens ook een valkuil zijn omdat zorgen voor jezelf ook erg belangrijk is.
Perfectionistisch
Deze eigenschappen gebruik ik zowel op school als op mijn werk. Ik vind het belangrijk om alles zo goed mogelijk en netjes te doen. Ik ga hierbij niet voor het halve werk maar voor de volle honderd procent. Deze eigenschap kan tevens ook een valkuil zijn omdat ik soms de lat voor mezelf te hoog leg.
Geduldig
Momenteel loop ik stage met doof/slechthorende cliënten met een verstandelijke beperking. Hierbij komt veelzijdig gedrag voor en daarbij gaan sommige dingen in kleine stapjes of er is veel herhaling nodig. Eindeloos geduld is hiervoor nodig omdat zij er vaak niks aan kunnen doen dat zij dit nodig hebben.
Betrouwbaar
Ik vind het belangrijk om mijn woord na te komen. Dit niet alleen in mijn werk of schoolveld, maar ook in mijn privé leven. Als je iets beloofd moet je het ook waar maken. Ik sta daar altijd wel voor. Als een klasgenoot bijvoorbeeld aan mij vraagt om een opdracht op tijd in te leveren doe ik dit ook. Als een cliënt wat van mij vraagt of verwacht probeer ik dit altijd uit te voeren, daarbij moet het wel haalbaar zijn natuurlijk. Mocht dit niet haalbaar zijn dan laat ik dat ook op tijd weten. Zo weten mensen wat ze aan mij hebben en vragen ze mijn nog een keer iets.
Doelgericht
Als ik een doel in mijn leven heb dan wil ik daar ook echt voor gaan en het behalen. Zo ben ik met de volle motivatie aan deze opleiding begonnen met als doel het behalen van mijn diploma. Als ik bijvoorbeeld voor een deadline zit zet ik alles op alles om deze te halen. Ook zet ik mij honderd procent in tijdens mijn stage. Ik doe geen half werk omdat dat misschien makkelijker zou zijn. Zo zit ik niet in elkaar.
Waar ben ik goed in? Waar weet ik veel vanaf
Ik vind het erg leuk om een ander iets bij te brengen. Binnen mijn stage probeer ik mijn cliënten ook altijd iets nieuws te leren. Om maar een voorbeeld te noemen, een cliënt komt naar mij toe omdat haar bril vies is. Ze vraagt aan mij om dit schoon te maken. In plaats van dat ik dit voor haar doe ga ik haar aanleren het zelf te doen. Zo kan zij dit de volgende keer ook zelf doen. Dit hoeven geen grote dingen te zijn maar als ik zie dat een ander er wat van heeft geleerd geeft dat mij energie. Ik probeer niet alleen mijn cliënten wat bij te brengen maar ook bijvoorbeeld de mensen waarmee ik werk. Ik werk ook nog in een kapsalon en daar hebben wij een stagiaire. Zij is nog in opleiding maar mag al wel het een en ander doen. Het knippen van het haar van een klant is een van die dingen en soms heeft zij daar nog wat aansturing in nodig. Ik vind het leuk om haar wat dingen daarover te leren, daarbij vind ik het erg belangrijk dat zij de ruimte krijgt om daarin te ontwikkelen en ook om fouten te maken. Ik behandel daarin de mensen hoe ik zelf ook graag behandeld wil worden.
Waar ben ik minder goed in? Wat zou ik nog willen leren?
Ik loop stage met doof/slechthorende cliënten met een verstandelijke beperking. Daarbij komt veelzijdig gedrag voor en ook agressie. Soms kan het gedrag van een cliënt snel omslaan naar agressief. Dit uit zich dan in fysieke agressie. Ik merk dat ik het nog erg lastig vind hoe ik daar mee om moet gaan. Ik ben het simpelweg niet gewend dat iemand je zomaar kan slaan of schoppen. Ik heb in het verleden hier ook nog nooit mee te maken gehad. Ik kijk veel naar collega’s, hoe zij er mee om gaan en probeer daar wat van te leren. Ook ga ik een cursus volgen omgaan met moeilijk verstaanbaar gedrag. Daaruit hoop ik een aantal tips en handvaten te krijgen zodat ik wat zekerder word van mijn handelen.
Welke dingen of taken vind ik leuk om te doen en welke minder leuk?
Als ik een opdracht krijg op school die ik leuk vind of wat mijn aanspreekt ga ik er direct mee aan de slag. Maar als ik iets moet doen wat ik minder leuk vind, of het niet goed begrijp kan ik het aan de kant leggen en uitstellen. Tijdens mijn stage vind ik het leuk om activiteiten te doen met cliënten zoals, wandelen, koken, fietsen. Ik vind de examens die ik moet uitvoeren minder leuk omdat ik het gevoel heb dat ik onder druk sta.
Hoe ga ik om met de werkzaamheden die ik minder leuk vind of minder goed kan?
Als ik iets niet goed begrijp kan ik daar in het begin in verzanden. Ik overzie het grote geheel dan niet en weet geen begin te vinden. Hierin speelt mijn eigenschap perfectionisme een grote rol. Ik wil het te goed doen en dat legt een blokkade op. Ik weet er inmiddels iets beter mee om te gaan doordat ik mijzelf een aantal tools heb aangeleerd om toch te kunnen beginnen. Zo weet ik bijvoorbeeld dat ik bij een verslag eerst alle hoofdstukken onder elkaar moet zetten op een lege pagina. Onder elk hoofdstuk zet ik een paar steekwoorden neer. Zo heb ik een beter overzicht. Het is een klein voorbeeld maar het helpt wel.
Waar heb ik een hekel aan bij anderen?
Ik heb een hekel aan liegende mensen. Ik heb liever dat mensen de waarheid vertellen en dat die hard is, dan dat mensen een verhaal gaan ophangen wat van geen kant klopt. Dit klinkt misschien cliché maar dat is een van mijn grootste ergernissen. Ook vind ik het vervelend als mensen hun afspraken niet nakomen. Mensen die andere mensen onrechtvaardig behandelen. Waar mijn hart van breekt is als mensen gepest worden door andere mensen.
Wat is belangrijk voor mij? Waar wil je hard voor werken?
Ik heb nogal wat meegemaakt de laatste jaren en ik denk dat ik daardoor wat beter kan relativeren. Wat ik daarmee bedoel is dat morgen je niet gegeven is. Daarom leef ik met het idee dat, als ik iets wil, ik daar ook voor ga. Ik stel geen dingen uit tot volgend jaar, want ik weet niet of ik een volgend jaar heb. Als ik dromen heb ga ik ze achterna. Als ik plannen heb voer ik ze uit. Hetzelfde geldt voor deze opleiding waar ik aan ben begonnen, het was iets wat ik erg graag wilde en daarom heb ik het gedaan. Ik ging van fulltime en een vast contract in een kapsalon terug naar school. Ik gaf al mijn zekerheid op voor iets waarvan ik helemaal niet zeker wist of dit wel wat voor mij was. Maar ik wil later niet zeggen, ‘had ik maar’. Die zin ‘had ik maar’ hoop ik nooit te hoeven uitspreken en daarom probeer ik altijd al mijn dromen te realiseren.
Wie zijn mijn rolmodellen? Wat bewonder ik in ze?
Ik heb niet echt een rolmodel maar ik bewonder mijn moeder enorm. Haar doorzettingsvermogen en positiviteit heeft mij veel gebracht in het leven.
Wat zou je willen dat anderen over mij denken?
Ik probeer altijd zo weinig mogelijk na te denken over wat anderen van mij denken. Je kan het toch nooit goed doen voor iedereen. Je kan toch niet vrienden worden met iedereen. Je hebt er altijd mensen tussen zitten die je niet mogen of andersom. En ik vind dat helemaal prima. Ik vind het belangrijkste dat ik rechtvaardig en klaarsta voor de mensen die echt belangrijk voor me zijn. Verder maak ik keuzes op basis van waar ik voor sta en wat ik graag wil en niet omdat een ander dit graag wil. Hoe een ander daar dan over denkt maakt mij minder uit, het belangrijkste is dat ik er zelf achter sta.
Bewijsstuk 2
Presenteren:
Voor mijn opleiding Maatschappelijke Zorg, persoonlijk begeleider van specifieke doelgroepen heb ik meerdere malen een presentatie moeten geven. Dit in groepsverband of alleen. Wanneer wij de opdracht krijgen om een presentatie te geven, moet er eerst bedacht worden waar het over gaat en hoe het eruit komt te zien. Het begint bij een rolverdeling, vaak werk ik in een groepje samen waar mee ik al vaker heb samengewerkt. Ik vind het hierin belangrijk dat iedereen in ieder geval zijn best doet en dat de taken redelijk eerlijk verdeeld worden. Zo levert iedereen zijn eigen bijdrage aan deze opdracht. Ik vraag ook altijd of iedereen het eens is met deze rolverdeling. Soms komt het voor dat iemand zijn taak niet af heeft gekregen of iets is vergeten. Ik probeer diegene altijd op een positieve manier te benaderen en te vragen waarom het niet af is gekomen. Ik vind dit belangrijk omdat je niet altijd de achterliggende redenen weet. Ook probeer ik diegene te helpen en te ondersteunen waar nodig is. Ik doe dit bijvoorbeeld door diegene een reminder te sturen om iets af te maken. Mijn valkuil daarachter is dat ik een perfectionist ben en graag wil dat alles op tijd af komt. Ik vind het lastig om dingen uit handen te geven. Het kan namelijk ook iemand zijn eigen verantwoordelijkheid zijn om de opdracht af te maken.
Als we de opdracht moeten presenteren verdelen we ook weer de taken. Hierbij wordt ook weer gedacht aan dat iedereen zijn eigen bijdrage levert. Ik vond het zelf in het begin best lastig om een presentatie te geven. Dit komt omdat ik er niet van hou om in het middelpunt van de belangstelling te staan. Dit komt ook weer voort uit een soort onzekerheid. Naarmate de tijd vordert en ik vaker heb gepresenteerd werd dit beter. Een aantal klasgenoten geven na mijn presentatie tips en tops en ik probeer hier ook altijd aan te werken en dit toe te passen in de praktijk. Door elke keer terug te kijken op mijn eigen vaardigheden en elke keer nieuwe dingen uit te proberen weet ik steeds beter wat mijn kwaliteiten zijn.
Bewijsstuk 3
Persoonlijkheidstest
Om te kijken welke persoonlijkheid bij mij het beste past heb ik een persoonlijkheidstest gedaan.
https://www.16personalities.com/nl/infj-persoonlijkheid
Advocaat persoonlijkheid.
Deze persoonlijkheid is zeldzaam en maakt minder dan een procent van de bevolking uit. Ze drukken echter toch een stempel op de wereld. Ze hebben een aangeboren gevoel voor idealisme en moraal, maar wat hen onderscheidt van andere idealistische persoonlijkheden is hun daadkracht en vastberadenheid – Advocaten zijn geen luie dromers, maar mensen die concrete stappen kunnen ondernemen om hun doelen te bereiken en blijvend een positief verschil kunnen maken.
Advocaten hebben de neiging om het helpen van anderen te zien als levensdoel, maar terwijl mensen met dit persoonlijkheidstype boeiende reddingspogingen en liefdadigheidswerk kunnen doen, ligt hun echte passie in het tot de kern van de zaak komen, zodat anderen helemaal niet meer gered hoeven te worden.
Advocaten beschikken over een zeer unieke combinatie van eigenschappen: hoewel ze met vriendelijke stem spreken, hebben ze uitgesproken meningen en zullen ze onvermoeibaar vechten voor een idee waarin ze geloven. Mensen met deze persoonlijkheid zijn beslist en hebben een sterke wil, maar gebruiken die energie zelden om er zelf beter van te worden. Advocaten handelen met creativiteit, verbeelding, overtuiging en gevoeligheid – niet om voordeel te halen, maar om dingen in balans te brengen. De leer van algehele gelijkheid en karma zijn zeer aantrekkelijke concepten in de ogen van de Advocaat, en ze hebben de neiging om te geloven dat niets de wereld zo zou helpen als het gebruik van liefde en mededogen om de harten van tirannen te verzachten.
Ieder mens moet beslissen of hij zal wandelen in het licht van het creatieve altruïsme of in de duisternis van destructieve zelfzucht.
MARTIN LUTHER KING
Advocaten vinden het makkelijk om contact met anderen te leggen en hebben een talent voor warm en gevoelig taalgebruik, het spreken in menselijke termen, in plaats van pure logica en feiten. Het is logisch dat hun vrienden en collega's ze relatief sociale persoonlijkheden vinden, maar ze zouden er goed aan doen te onthouden dat Advocaten tijd voor zichzelf nodig hebben voor ontspanning en opladen, en ze moeten niet teveel schrikken als ze zich plotseling terugtrekken. Advocaten besteden veel aandacht aan de gevoelens van anderen, en ze verwachten dat ook van anderen – soms betekent dit dat je ze een paar dagen met rust moet laten.
Leven om nog een dag de strijd aan te kunnen gaan
Het is echter wel belangrijk dat de Advocaat ook eraan denkt voor zichzelf te zorgen. De passie van hun overtuiging kan ze goed voorbij het breekpunt brengen, maar als hun enthousiasme te ver gaat, kunnen ze zichzelf uitputten, gestrest raken en hun gezondheid verwaarlozen. Dit wordt vooral duidelijk wanneer de Advocaat kritiek en conflictsituaties te verduren krijgt. Hun gevoeligheid dwingt ze alles te doen waar ze toe in staat zijn om deze schijnbaar persoonlijke aanvallen te ontwijken, maar wanneer de situatie onvermijdelijk is, kunnen ze vaak op een irrationele en niet-constructieve manier terugvechten.
Voor de Advocaat is de wereld een plek vol ongerechtigheid – maar dat hoeft ze niet te zijn. Geen enkel ander type persoonlijkheid is beter in staat om een beweging te creëren om iets dat krom is weer recht te maken, of dit nu klein of groot is. Advocaten moeten wel in de gaten houden dat ze ook voor zichzelf moeten zorgen terwijl ze de last van de wereld op hun schouders nemen.
Reflectie persoonlijkheidstest
Als ik kijk naar de uitslag van deze persoonlijkheidstest kan ik mij hierin zeker vinden. Zo staat er beschreven dat een advocaat geen luie dromer is, maar een mens die concrete stappen onderneemt om zijn doel te bereiken. Ik zie mezelf hier sterk in terug omdat ik altijd aan het kijken ben naar hoe ik mezelf kan ontwikkelen. Zo vond ik mijn vorige baan bijvoorbeeld niet uitdagend genoeg en ben ik daarom begonnen aan deze opleiding. Ik wou mijn kennis naar een hoger niveau tillen en mezelf prikkelen om weer te gaan leren. Ook vind ik het mooi om iets voor iemand anders te kunnen betekenen, zodat dit een positief verschil kan uitmaken. Zo wil ik bijvoorbeeld energie in iemand steken waarbij ik zie dat diegene mijn hulp nodig heeft en waarbij ik zie dat er potentie inzit om te groeien.
Hierbij past ook zeer zeker het stukje dat advocaten de neiging hebben om het helpen van anderen te zien als levensdoel. Ik kan ontzettend veel energie uit dit soort dingen halen. Alle eigenschappen die ik beschreven zie staan in de advocaat zie ik ook bij mezelf terug. Ik vecht onvermoeibaar voor hetgene wat ik graag wil bereiken. Zo ben ik deze opleiding gestart met het idee om dit te behalen, en ik zal dit dan hoe dan ook gaan doen. Ik ben geen type die gaat voor een zesje maar eerder voor een tien.
Ook staat erin beschreven dat advocaten in de gaten gehouden moeten worden dat ze ook voor zichzelf zorgen, terwijl ze de last van de wereld op hun schouders nemen. Dit zie ik ook vaak bij mezelf terug. Ik zou een ander eerder voorop stellen dan mezelf. Ik ga soms te lang door en zie achteraf dat ik misschien gas terug had moeten nemen. Dit is en blijft een ontwikkelingspunt voor mezelf.
Bewijsstuk 4
Sterkte zwakte analyse
Sterkte Creativiteit
Vastberaden en gepassioneerd Als ik iets belangrijk vind, streef ik dat doel na met overtuiging en energie. Ik zal niet stoppen tot ik mijn doel heb behaald.
|
Zwakte
Kan snel opgebrand raken |
Kansen Rust Ik straal veel rust uit en dit heeft eigenlijk altijd een goede invloed op mijn cliënten en mensen om mij heen.
|
Bedreigingen |
Bewijsstuk 5 de Belbin test
Ik heb de Belbin test gedaan om zo erachter te komen welke team of groepsrol het beste bij mij aansluit. De uitslag is als volgt:
De meeste punten gaf je aan de rol: Bedrijfsman (18 punten)
De bedrijfsman wordt ook wel de 'organisator' of 'uitvoerder' genoemd. Vaak is het iemand die van aanpakken weet. De bedrijfsman is over het algemeen gedisciplineerd. Hij of zij pakt zaken systematisch aan en legt vaak een grote ijver aan de dag. De bedrijfsman heeft een praktische instelling en weet beleid in concrete acties te vertalen.
Ik kan mij hier wel in vinden, ik weet van aanpakken en ben altijd gedisciplineerd. Ook pak ik het vaak systematisch aan. Echter weet ik niet of ik de organisator kan zijn omdat ik geen persoon ben die altijd op de voorgrond treed.
Daarna gaf je de meeste punten aan: Monitor (15 punten)
De monitor heeft de neiging zaken op een afstandelijke en kritische manier te bekijken. De monitor is over het algemeen analytisch en bedachtzaam. In de benadering van anderen is hij of zij meestal erg rationeel. Hierdoor kan de monitor soms gereserveerd en minder gevoelig overkomen. De monitor heeft een objectieve grondhouding. Hij of zij zal zich niet snel laten meeslepen in een stemming van euforie of neerslachtigheid.
Hier kan ik mij ook deels wel in vinden. Ik bekijk veel dingen op een kritische en afstandelijke manier. Ik ben niet erg snel tevreden over iets. Ik weet wel wat ik wil en waar ik voor sta en dat kan soms wel eens wat bot overkomen.
https://www.123test.nl/groepsrollentest/id=UQ7JVFCARWSL&version=
Bewijsstuk 6 Reflectie 360 graden feedback
Reflectie periode 1 12-10-2017
Wat vond ik van de afgelopen periode?
Ik loop nu sinds september stage bij Koninklijke Kentalis in Haren op woongroep Bobbie. In het begin moest ik wel even mijn draai vinden, ik had een cursus gebarentaal gehad maar wist nog zo weinig dat communiceren heel lastig werd in het begin. Maar de jongeren helpen mij hier wel mee. De jongeren moeten natuurlijk ook nog aan mij wennen en ik aan hun, wat ook zeer begrijpelijk is. Ook moest ik wennen aan dat het een totaal andere manier van werken is, ben gewend hele dagen druk bezig te zijn, en hier ben je meer aanwezig en doe je fysiek minder. Wel denk ik echt dat dit bij mij past, ik heb geduld, ben behulpzaam en kan goed kijken naar wat een ander nodig heeft.
Welke doelen had ik opgesteld de afgelopen periode?
Ik heb de eerste paar maanden niet meteen doelen opgesteld, ik wou mezelf eerst de ruimte geven om te wennen en mijn draai te vinden binnen de organisatie. Na een aantal maanden ben ik met mijn stagebegeleider Louis van der Leest gaan zitten voor het opstellen van doelen:
1. Ik wil binnen een halfjaar mijn gebarentaal beter beheersen, zo gaat de communicatie een stuk beter.
2. Ik wil binnen een halfjaar meer vergaderingen hebben bijgewoond, zo weet ik exact wat er zich afspeelt binnen Kentalis.
3. Ik wil binnen een halfjaar de jongeren kunnen aanspreken op hun gedrag.
4. Ik wil binnen een maand de overdracht kunnen schrijven.
Hoe gaan de opgestelde doelen tot nu toe?
1. Ik vind gebarentaal echt nog heel lastig, ik moet misschien voor mezelf ook een drempel over om fouten te leren maken en het gewoon te durven. Ik leer elke week wel wat bij, je moet het ook zien als het leren van een hele nieuwe taal. Ik weet van mijzelf dat ik vaak wat meer tijd nodig heb voor bepaalde dingen, dus ik wil mezelf die tijd ook gunnen. Ik wil de komende periode een cursus gaan volgen om dit beter te beheersen.
2. Ik heb nog geen vergadering bijgewoond, simpelweg omdat er nog geen vergaderingen zijn geweest waar ook stagiaires aanwezig konden zijn. Ik wil dit de komende periode zeker nog gaan doen.
3. De jongeren aanspreken op hun gedrag vind ik echt nog heel lastig, ik merk ook dat ik anders tegen bepaalde dingen aankijk. Ik ben wat meer opgevoed met regels en die regels moet ik hier nog een beetje leren kennen. Omdat het aanspreken in gebarentaal moet, en ik mijn gebarentaal nog niet goed beheers vind ik het heel lastig om mezelf duidelijk te maken. Ik wil hier de komende periode echt mee bezig gaan.
4. Overdracht schrijven gaat goed. Ik noteer alle belangrijke informatie die ik heb over die dag.
Feedback van mijn stagebegeleider Louis van der Leest
Louis geeft aan dat hij ziet dat ik al veel werkervaring heb, ik pak veel dingen uit mijzelf op. Hij geeft aan dat de communicatie beter zal gaan als ik de gebaren beter beheers. Louis is tevreden en blij met mij als stagiaire.
Waar wil ik aan gaan werken de komende periode?
De doelen die ik de afgelopen periode heb opgesteld wil ik meenemen naar de komende periode. De doelen kan ik aanzienlijk nog verbeteren. Ook wil ik werken aan mijn zelfvertrouwen zodat ik de jongeren beter kan begeleiden. Ik vind sommige dingen zoals jongeren aanspreken op hun gedrag nog erg spannend omdat ik teveel denk wat ze van me vinden en of ik het wel goed vind. Ik denk als ik dat verbeter en geloof in mijn eigen kunnen ik dat ook uitstraal.
Reflectie periode 2 5-05-2018
Wat vond ik van de afgelopen periode?
Ik ben nu acht maanden bezig met mijn stage bij Koninklijke Kentalis. Ik ben blij dat mijn stage in eerste instantie een jaar is, dit omdat je toch wel echt de tijd nodig hebt om de doelgroep te leren kennen en omdat je de gebarentaal moet leren.
Ik moet zeggen dat ik het elke week leuker vind worden. Mijn cliënten raken gewend aan mij en ik raak gewend aan hun. Ik ben steeds meer een band met ze aan het opbouwen. De gebarentaal beheers ik steeds beter, het gaat nog steeds in kleine stapjes maar ik leer elke week iets bij. De cliënten staan er ook voor open om mij nieuwe gebaren te leren.
Welke doelen had ik opgesteld de afgelopen periode?
- Ik wil binnen een halfjaar mijn gebarentaal beter beheersen, zo gaat de communicatie een stuk beter.
- Ik wil binnen een halfjaar meer vergaderingen hebben bijgewoond, zo weet ik exact wat er zich afspeelt binnen Kentalis.
- Ik wil binnen een halfjaar de jongeren kunnen aanspreken op hun gedrag.
- Ik wil binnen een maand de overdracht kunnen schrijven.
Hoe gaan de opstelde doelen tot nu toe?
1. Mijn gebarentaal gaat al een stuk beter, al vind ik het nog steeds lastig. Ik leer in kleine stapjes. Mijn doel is zeker geslaagd, ik volg cursussen om het te leren en verder heeft het echt tijd nodig nog.
2. Ik heb een vergadering bijgewoond, er zijn een aantal veranderingen gaande binnen Kentalis en bij die vergadering werd er doorgesproken wat er gaat gebeuren de komende tijd. Het was goed om daar aanwezig te zijn. Zo weet ik precies wat er gaat gebeuren.
3. Het aanspreken op gedrag gaat echt al veel beter, ik ben voor mezelf een drempel over gestapt en ik merk dat ze prima naar mij luisteren. Ik wil hier vooral mee doorgaan.
4. Overdracht schrijven gaat goed. Ik benoem al de belangrijke punten.
360 graden feedback vorige periode.
Ik kreeg al best goede feedback op deze 360 graden feedback, dat betekent dat ik geen een vakje onvoldoende had, de rest was bijna allemaal voldoende en een paar goed. Aandacht puntje voor deze periode was dat ik vanuit mezelf iets vaker een gesprek kan starten. Dit is voor mij echter het probleem dat ik de gebaren niet voldoende heers. Daarom vind ik het spannend om een gesprek te voeren/beginnen. Ik heb het gevoel dat ik faal omdat ik de gebaren niet beheers. Ik zou nog iets meer kunnen overleggen met collega’s en mijn kennis delen met anderen. Er zijn nog andere punten maar die vind je in de 360 graden feedback zelf.
360 graden feedback deze periode.
Ik zie deze periode aanzienlijke verbetering in mijn beoordeling van collega’s, ik heb ook echt het gevoel dat ik ben gegroeid als stagiaire/begeleider. De verbetering is daarom ook te zien in de 360 graden feedback. Zelfs het starten van gesprekken gaat een stuk beter. Ik heb iets minder die faalangst en daardoor merk ik ook dat ik toegankelijker word voor mijn cliënten.
Waar wil ik aan gaan werken de komende periode?
De doelen die ik voor de afgelopen periode had opgesteld wil ik graag aan doorwerken. Alles gaat voorspoedig tot nu toe en ik kijk uit naar de nieuwe periode. Ook nog een leuk compliment is dat ik mag blijven tot volgend jaar februari. Nu kan ik mijn examens hier uitvoeren en ik mag zelfs als eerste uitkiezen op welke groep ik wil stagelopen. Ik ben daar nog over aan het nadenken.
Reflectie periode 5 4-6-2019.
Wat vond ik van de afgelopen periode?
Sinds februari loop ik stage bij de Koninklijke Kentalis in Vries met dove/slechthorende jongeren met een verstandelijke beperking. Ik was al gewend om met dove/slechthorende jongeren te werken in verband met mijn vorige stage in Groningen. Communicatie doormiddel NGT (Nederlandse gebarentaal) en NMG (Nederlands met gebaren) was dan ook voor mij bekend. De doelgroep is echter wel totaal anders als wat ik gewend was. De cliënten die ik op groep Holtveen 10 begeleidt hebben een veel complexere beperking en vragen dan ook om een ander soort begeleiding.
De eerste weken heb ik vooral geobserveerd en heb ik de tijd genomen om mijn cliënten te leren kennen. Het was voor mij en de cliënten heel prettig dat ik al gebarentaal kan. Op die manier wist ik al heel snel wat ze vroegen of nodig hadden. Ik merkte al heel snel dat de cliënten echt naar mij toe kwamen en toenadering zochten. Dit werd bevestigd door mijn collega’s.
Ik mocht al heel snel activiteiten met de cliënten doen werkdoelen uitvoeren zoals wandelen, koken en kamer schoonmaken. Naarmate de tijd vorderde kreeg ik steeds meer taken. Ikzelf vind het heel prettig dat ik het vertrouwen heb gekregen om mijzelf te ontwikkelen. Soms zijn er ook situaties waarbij een cliënt agressie vertoond en mij wordt altijd na die tijd gevraagd wat ik ervan vond en hoe het met mij gaat. Dat stukje evaluatie is iets wat ik erg prettig vind en ook nodig heb.
Ik ben nu ruim vier maanden bezig en ik begin de cliënten steeds beter te leren kennen, ik weet steeds beter wat ze nodig hebben en ze zoeken steeds meer toenadering. Ik voel me geen stagiaire, ik voel me één in het team.
Hoe gaan de opgestelde doelen tot nu toe?
1. Ik wil het komende halfjaar mijn persoonlijke grenzen ontwikkelen.
Persoonlijk vind ik dat ik heel erg gegroeid ben in het aangeven van persoonlijke grenzen. Zo heb ik bijvoorbeeld een paar situaties gehad waarvan ik dacht dat het teveel of te druk zou worden, toen heb ik in goed overleg daar iets aan kunnen doen zodat het weer haalbaar werd. Ook heb ik meer mijn persoonlijke grenzen weten te ontwikkelen in het begeleiden van mijn cliënten. De doelgroep waar ik nu mee werk kennen soms geen grenzen, ze kunnen erg veel van mij vragen. Als ik hierin niet mijn persoonlijke grens aangeef ‘zuigen’ ze alle energie uit mij. Zij hebben het ook nodig dat ik die grenzen trek. Dit heb ik een paar keer ervaren tijdens de afgelopen weken. Ik ben toen in overleg met mijn collega gegaan hoe ik dit het beste aan kan pakken. Deze tips heb ik toegepast in de praktijk en het gaat al een stuk beter. Ik merk dat ik minder moe ben aan het einde van een stagedag en daarom ook meer aankan. Het komende halfjaar verwacht ik dit nog beter te kunnen ontwikkelen.
2. Ik wil het komende halfjaar mijn grenzen aangeven in het begeleiden.
De doelgroep waarmee ik werk hebben structuur, continuïteit en regels nodig. Ik heb daarom ook mijn grenzen in het begeleiden erg goed kunnen ontwikkelen, simpelweg omdat de cliënten dit nodig hebben. Het geeft ook een stukje vertrouwen als ik elke keer hetzelfde doe en elke keer mijn afspraken naleef. Ook het aanspreken op gedrag hoort hierbij, bij de ene cliënt vind ik dit makkelijker dan de andere. De ene cliënt luistert ook al beter naar mij dan de andere. En iedere cliënt heeft ook weer een andere begeleiding nodig. Ik ben vooral nog aan het onderzoeken welke cliënt wat nodig heeft. Ik verwacht dit het komende halfjaar sterk te kunnen ontwikkelen.
3. Ik wil het komende halfjaar de begeleiding aanpassen op de cliënt.
Zoals ik in leerdoel 2 beschreef heeft iedere cliënt weer een andere soort begeleiding nodig. Deze begeleiding kan ik alleen maar toepassen als ik de cliënt ken. Daarom voeg ik dit leerdoel nu samen met leerdoel 4 namelijk;
4. Ik wil het komende halfjaar mijn cliënten leren kennen.
Ik loop nu vanaf februari stage met mijn doelgroep en ik heb in die tijd veel kunnen observeren. Door te observeren zie ik wie mijn cliënt is en wat hij/zij nodig heeft. Ook heb ik veel bij collega’s gekeken welke soort begeleiding zij toepassen op de cliënt. In de afgelopen maanden ben ik veel te weten gekomen over de verschillende soorten kanten van mijn cliënten. Doordat ik van mijn collega’s de ruimte krijg om mezelf te ontwikkelen als begeleider heb ik al veel kunnen doen met mijn cliënten. Gewoonweg door dingen te proberen en verschillende begeleidingsstijlen toe te passen kom ik er steeds meer achter wat werkt bij welke cliënt. Ook merk ik dat de cliënten steeds meer naar mij toekomen, meer activiteiten met mij willen doen en mij beginnen te vertrouwen als persoon. De afgelopen maanden heb ik erg veel geleerd over de doelgroep en de complexiteit van hun beperking. Het komende halfjaar verwacht ik dit uit te kunnen breiden en dit mee te kunnen nemen in de toekomst als begeleider. Dit wil ik onder andere gaan doen door in gesprek te gaan met collega’s over waarom zij op een manier handelen en keuzes maken in een bepaalde situatie.
Reflectie alle periodes 10-11-2019
Als ik kijk naar de veranderingen die te terug te zien zijn op de 360 graden feedback formuleren, vind ik die niet ontzettend groot. Echter vind ik van mezelf dat ik erg veel vooruitgang en groei heb doorgemaakt. Zo kwam ik blanco, zonder kennis op deze opleiding. Ik wist niet goed welke doelgroep ik leuk vond en waar ik mee wou werken. Via school kreeg ik deze stageplek binnen Kentalis aangeboden. Kentalis zocht een stagiaire die de uitdaging aan wou gaan met gebarentaal en met jongeren. Mijn BPV coach van toen vond mij een geschikte student. Ik ben op gesprek gegaan en het klikte direct. In het eerste jaar van mijn stage ben ik op zoek gegaan naar de basis als begeleidster. Ik heb veel geobserveerd bij collega’s en verschillende begeleidingsmethodieken toegepast op de jongeren waar ik mee werkte. Ook heb ik in dat jaar de basis kunnen leren van de gebarentaal. Ik wist van veel dingen nog niks af maar binnen Kentalis kreeg ik erg de ruimte om te leren en fouten te maken. Ik kwam er in dat jaar achter dat ik het ontzettend leuk vond om met doof/slechthorende jongeren te werken en dat ik er zeker mee door wou. Gelukkig kreeg ik de mogelijkheid om mijn stage met een halfjaar te verlengen.
In dat laatste halfjaar kreeg ik een andere stagebegeleidster. Ik kreeg al snel door dat zij een hele andere begeleidingsstijl had en ik heb daar ook weer ontzettend veel van geleerd. Wat ik erg prettig vond is dat zij mij altijd vroeg waarom ik iets deed of waarom ik een keuze maakte. Ook gaf ze mij veel feedback en tips zodat ik weer verder kon groeien. Ik heb in dat halfjaar erg de diepgang opgezocht in het begeleiden en heb meer kennis gekregen over verschillende begeleidingsstijlen. Ik begreep na dat halfjaar beter waarom ik keuzes maakte en wat voor invloed ze hadden. Ik zelf ben in deze anderhalf jaar ontzettend gegroeid. Ik ben veel zelfverzekerder geworden en ben meer te weten gekomen over mijn eigen begeleidingsstijl. Ook ben ik mezelf erg vaak tegengekomen. Zo ben ik van mezelf erg perfectionistisch en daarmee liep ik nog wel eens vast. Ik heb bepaalde dingen los moeten laten om het makkelijker te maken voor mezelf. Ik ben mezelf meer gaan accepteren en dat het goed is dat ik ben wie ik ben.
Gelukkig kon ik door binnen Kentalis, want ik was er inmiddels achter gekomen dat ik verder wou binnen doof/slechthorend. Gelukkig kon ik stage lopen in Vries.
Ik kwam er al snel achter dat de enige overeenkomst gebarentaal was. In Vries begeleidt ik een hele andere doelgroep, namelijk jongeren met een verstandelijke beperking, moeilijk verstaanbaar gedrag, autismespectrumstoornis en andere bijkomende problematiek. Ik riep altijd heel hard dat ik niet in de gehandicapten zorg wou werken. Echter ben ik daar compleet op terug gekomen. Met daarbij als heel groot leermoment voor mezelf, oordeel niet over een doelgroep terwijl je er nog nooit mee hebt gewerkt. Deze openbaring maakt het voor mij in de toekomst ook weer makkelijker om met andere doelgroepen te gaan werken.
Ik loop nu sinds februari 2019 stage in Vries. Het veelzijdige gedrag wat daar voorkomt is erg interessant en leerzaam. Het vergt nog weer zo’n andere begeleiding. Zo is het binnen deze doelgroep erg belangrijk dat je gestructureerd werkt en continuïteit biedt. Ook heb ik geleerd om veel duidelijker te zijn, dit hebben deze cliënten nodig omdat ze het anders niet begrijpen of toch hun eigen gang gaan. Een aantal cliënten hebben het ook nodig dat ik strikter ben omdat ze anders opzoek gaan naar ruimte. Deze ruimte kan weer leiden tot het niet meer willen of kunnen luisteren. De mate waarin sommige cliënten dit nodig hebben vind ik soms nog erg lastig. Puur omdat ik mezelf dan soms een politieagent voel en ik misschien te aardig ben. Momenteel ben ik ermee bezig om dit verder te ontwikkelen. Ook vind ik het soms nog lastig om het grotere geheel te overzien. Bijvoorbeeld, waar alle cliënten zijn, dat alles op elkaar afgestemd is, wie wanneer wat moet doen om iets op tijd af te krijgen. Deze leerdoelen maakt dat ik nog genoeg uitdaging heb om mijzelf verder te kunnen ontwikkelen binnen deze doelgroep.
Als ik kijk naar de afgelopen bijna drie jaar, heb ik mezelf kunnen ontwikkelen als een volwassen, professionele jong begeleidster die inmiddels haar eigen begeleidingsstijl heeft gevonden. Met mijn enthousiasme en liefde voor de doelgroep weet ik zeker dat ik de komende jaren mij nog verder kan ontwikkelen en door kan groeien.