Vanuit de onderzoeksvraag denk je na over het soort antwoord dat je wilt gaan geven. Hoe wil je jouw bevindingen onderbouwen? En wat voor gegevens ga je meten en gebruiken voor een gewogen resultaat?
Als je weet wat voor antwoord je wilt geven, dan kun je van daaruit terugredeneren naar welke gegevens je nodig hebt. En hoe je die dan kunt verzamelen. Zo kom je straks met gegevens die echt bijdragen tot jouw antwoord.
Een simpel voorbeeld: stel je wilt weten hoe zwaar iemand is, dan heeft het geen zin om diens haarkleur te noteren. En je komt er ook niet achter door op de klok te kijken, maar je hebt een personenweegschaal nodig.
Als je gegevens hebt verzameld die relevant zijn en die je nodig hebt, kies dan bewust een goede manier om de gegevens te presenteren en om deze verder te analyseren, door te rekenen en te bewerken. Neem niet te snel genoegen met een plaatje wat er fraai uit ziet, of ingewikkelde formules die tot een antwoord leiden wat je niet begrijpt. Zorg dat je het antwoord daadwerkelijk kunt herleiden tot de onderzoeksvraag en de conclusies.
Deze bouwsteen bevat enkele voorbeelden van hoe je kwantitatieve gegevens binnen onderzoek kunt verwerken. Hiermee is beoogd een indruk te geven van de mogelijkheden. Statistiek is iets wat veel onderzoekende studenten wat afschrikt. Echter, door gewoon in de cijfers te duiken, kun je tot heel verrassende inzichten komen. En daarmee jouw onderzoek beter onderbouwen.
Heb je behoefte aan meer statistiekkennis dan deze bouwsteen biedt, dan is er veel kennis beschikbaar op het internet.