Opdracht 2

Een verhaal over bankroof in Almelo tijdens de Tweede Wereldoorlog.

 

 

Hieronder zie je het beoordelingsmodel. Dit is waar juf op let wanneer je verhaal wordt nagekeken. Er wordt naar drie dingen gekeken, namelijk naar de eisen, hoe je de informatie verwerkt hebt en naar de schrijfregels.

Helemaal links zie je nog een keer waar juf naar kijkt, in de 3 rechter vakjes zie je wat je kan doen om een goed, voldoende of onvoldoende te halen.

 

Vind je het lastig? Gebruik dan het stappenplan, deze vindt je helemaal onderaan de pagina.

SUCCES TOPPERS!

 

Onvoldoende

Voldoende

Goed

Eisen:

  • Wanneer de bankroof plaatsvond.
  • Wie de bankroof hebben gepleegd.
  • Waarom de bankroof is gepleegd.
  • Wat de Blauwe Engel is.
  • Wat de spoorwegstaking in 1944 met de bankoverval te maken had.
  • Wie de leider was van de verzetsploeg die de overval pleegde.
  • Waar het geld verstopt lag dat buit was gemaakt tijdens de overval.
  • Of de bankroof succesvol was en waarom wel of niet.

Je mist één of meer eisen.

Je hebt alle eisen in je verhaal verwerkt.

Je hebt alle eisen in je verhaal verwerkt

 

+ je hebt minimaal één extra weetje over de bankroof toegevoegd aan je verhaal.

Van informatie naar verhaal:

  • Je verhaal heeft een begin, middenstuk en een eind.
  • Je vertelt in eigen woorden wie Anne Frank is en wat er met haar is gebeurd.

Je verhaal heeft geen begin, middenstuk en/of eind.

 

Je hebt het niet in eigen woorden verteld maar bijvoorbeeld overgeschreven van internet.

Je verhaal heeft een duidelijk begin, middenstuk en eind.

 

Je hebt in eigen woorden verteld over de bankroof die heeft plaatsgevonden in Almelo tijdens de Tweede Wereldoorlog.

Je verhaal heeft een duidelijk begin, middenstuk en eind.

 

Je hebt in eigen woorden verteld over de bankroof die heeft plaatsgevonden in Almelo tijdens de Tweede Wereldoorlog.

 

+Je geeft aan het eind je mening over de bankroof die plaatsgevonden heeft.

 

Een mening is iets wat jij zelf vindt, je doet het zo: ‘’Ik vind de bankroof…………’’

Schrijfregels:

  • De titel moet boven het verhaal komen te staan.
  • Hoofdletters aan het begin van elke zin.
  • Gebruik van punten, komma’s en uitroeptekens.
  • Witregels tussen het begin, middenstuk en het eind.

Je maakt geen gebruik van één of meerdere:

  • Titel
  • Punten, komma’s, uitroeptekens.
  • Witregels
  • Hoofdletters

Je maakt wel gebruik van:

  • Titel
  • Punten, komma’s, uitroeptekens.
  • Witregels
  • Hoofdletters

Je maakt wel gebruik van:

  • Titel
  • Punten, komma’s, uitroeptekens.
  • Witregels
  • Hoofdletters

 

+ Je hebt mooi en duidelijk geschreven.

 

Mooi en duidelijk betekent dat het goed leesbaar is voor een ander.

 

 

 

Stappenplan opdracht 2:

Je hebt gekozen om een verhaal te gaan schrijven over de bankroof die heeft plaatsgevonden in Almelo tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hoe schrijf je nou precies een verhaal? Waar moet je op letten en hoe kun je de juiste informatie vinden? Dit stappenplan helpt je een handje.

Stap 1: Informatie verzamelen

Je ziet dat er een aantal eisen zijn verbonden aan het verhaal dat je gaat schrijven. Kijk een voor een naar de eisen voor het verhaaltje. Weet je al een aantal dingen, of nog niet? Gebruik de kennisbronnen om de informatie te weten te komen. Doe het zo:

 

  • Wanneer heeft de bankroof plaatsgevonden?

Weet je dit al? Schrijf het dan kort op zodat je het niet vergeet.

Weet je het nog niet? Ga informatie zoeken bij kennisbronnen.

 

  • Wie heeft/hebben de bankroof gepleegd?

Weet je dit al? Schrijf het kort op.

Weet je het niet? Ga informatie zoeken bij kennisbronnen.

Stap 2: Van informatie naar een verhaal

Je hebt nu alle informatie die je moet hebben om te beginnen met het schrijven van je verhaal. Zorg ervoor dat je bij het begin begint. Je begint bijvoorbeeld niet bij hoe het is afgelopen met de overvaller(s). Hieronder nog wat tips voor het schrijven van een goed verhaal:

 

  • Geef je verhaal een begin, middenstuk en een eind.
  • Vertel in eigen woorden wanneer de bankroof plaatsvond en wat er precies is gebeurd.
  • Let op het beoordelingskader, dan weet je waar juf naar kijkt!

Stap 3: Schrijven maar!

Denk tijdens het schrijven aan de volgende dingen:

  • De titel moet boven het verhaal komen te staan.
  • Hoofdletters aan het begin van elke zin.
  • Gebruik van punten, komma’s en uitroeptekens.
  • Witregels tussen het begin, middenstuk en het eind.

Stap 4: Nakijken.

Je hebt je verhaal af, lees het verhaal zelf eerst nog een keer door om te kijken of je alles in je verhaal hebt zitten. Hierbij kun je het beoordelingsmodel goed gebruiken! Lever hem daarna in bij juf.