Het centrum van Athene is de Areópagus. Deze is al sinds 1600 voor Christus bewoond geweest. De berg ligt dichtbij de zee, is omringd door vruchtbaar land en ook goed te verdedigen, wat het een uitstekende plek maakte voor een nederzetting. Langzaam kwamen er steeds meer huizen om de berg heen. Athene is later onderdeel uit gaan maken van Mycene. De Myceners hebben op de berg een 6 meter dikke muur neergezet die nog steeds terug te vinden is. Deze muur het de Pelasgische muur.
De Myceners zijn echter rond het jaar 1000 v. Chr. verdwenen uit Griekenland, waardoor het lange tijd minder goed ging met Athene.