Vergeet bij de toets niet je berekeningen op te schrijven.
Tekenen doe je met potlood.
Als je een hoek uitrekent schrijf op welke hoek je uitrekent. Bijvoorbeeld <A=....
Als je een gestrekte hoek bij je berekening hebt gebruikt, zet je er (gestrekte hoek) achter. Dit doe je ook als je andere dingen hebt gebruikt bij het berekenen van hoeken.
Letters van hoekpunten schrijf je met HOOFDLETTERS