Zoek drie of vier klasgenoten om mee samen te werken.
Jullie gaan een soort 'Wie van de drie' spelen. Dat doe je als volgt:
Je maakt drie beschrijvingen van mensen (een oom of tante, een neef of nicht, een grootouder enzovoorts). Twee ervan zijn van bestaande familieleden, maar de derde is nep. Dit moet er in je beschrijvingen staan:
hoe de persoon heet;
hoe oud hij/zij is;
waar hij/zij woont;
wat jouw relatie met die persoon is;
wat zijn/haar hobby's zijn.
Nu presenteer je je drie familieleden aan je klasgenoten. Zij zijn het panel en moeten raden welk familielid niet echt is. Ze mogen vragen stellen om erachter te komen.
Klaar? Nu is iemand anders uit je groepje aan de beurt om te presenteren en neem jij plaats in het panel.